Formularium 3-Statistiek Hoofdstuk 1: Kansrekenen Definitie Formule A∪B (A unie B) nA∪B = nA + nB - nA∩B AC (complement van gebeurtenis A) nA C = nW - nA Vnk (variatie van n elementen uit k genomen) Vnk = (n−k)! Pn (permutatie van n elementen) Pn = n! Cnk (combinatie van n elementen uit k genomen) Cnk = fA (relatieve frequentie van gebeurtenis A) fA = P[A] (kans dat gebeurtenis A zich voordoet) P[A] = lim fA n! n! k! (n−k)! mA m m→∞ = nA nW Axioma’s van de kansrekening P[ø] = 0 P[A ∪ B] = P[A] + P[B] – P[A ∩ B] P[AC] = 1 – P[A] P[A|B] P[A|B] = (kans op A gegeven dat B zich heeft voorgedaan) P[A ∩ B] P[B] Productregel van de kansrekening P[A ∩ B] = P[A].P[B|A] P[B ∩ A] = P[B].P[A|B] Wet van de totale kans P[B] = ∑ni=1 P[Ai ] . P[B|Ai ] Regel van Bayes P[Ai|B] = = Voorwaarde voor statistisch onafhankelijke gebeurtenissen P[Ai ]. P[B|Ai ] P[B] P[Ai ] . P[B|Ai ] ∑n i=1 P[Ai ] . P[B|Ai ] P[A ∩ B] = P[A].P[B] = P[B].P[A|B] Hoofdstuk 2: Toevalsveranderlijken Definitie Kansberekening bij discrete toevalsveranderlijke Formule P[X = x] = f(x) P[X ≤ x] = F(x) P[X > x] = 1 – F(x) P[X < x] = F(x – e) P[X ≥ x] = 1 – F(x – e) Kansberekening bij continue toevalsveranderlijke P[X = x] = 0 P[x1 ≤ X ≤ x2] = F(x2) – F(x1) P[X ≤ x] = F(x) P[X ≥ x] = 1 – F(x) E(x) of μ E(x) = ∑ni=1 xi . f(xi ) (discrete toevalsveranderlijke) E(x) = ∫bld(X) x. f(x)dx (continue toevalsveranderlijke) (verwachtingswaarde van toevalsveranderlijke) Eigenschappen E-operator X(u) = k ⇒ E(x) = k E(X + k) = E(X) + k E(k.X) = k.E(X) E(∑ni=1 ai . X i) = ∑ni=1 ai .E(X i) var(X) var(X) = E[(X – μ)²] (algemeen) = E(X²) – μ² var(X) = ∑ni=1(xi − μ)². f(xi ) (discrete (variantie van toevalsveranderlijke) toevalsveranderlijke) var(X) = ∫bld(X)(x − μ)². f(x)dx (continue toevalsveranderlijke) σ (standaardafwijking van toevalsveranderlijke) σ = √var(X) Eigenschappen var-operator X(u) = k ⇒ var(X) = 0 var(X + k) = var(X) var(k.X) = k².var(X) var(∑ni=1 ai . X i) = ∑ni=1 ai ².var(X i) Z (Z-score) Z= μr (centrale moment van toevalsverandelijke) μr = E[(X – μ)r ] Scheefheidscoëfficiënt X− μ σ μ scheefheidscoëfficiënt = σ 33 1 = σ 3 . E[(X – μ)³] μ4 σ4 1 = σ4 Spitsheidscoëfficiënt spitsheidscoëfficiënt = . E[(X – μ)4 ] Hoofdstuk 3: Discrete kansverdelingen Definitie Formules voor uniforme discrete kansverdeling Formule f(xi) = 1/n F(xi) = i/n (kansfunctie) (cumulatieve kansfunctie) x1 + xn 2 n2 −1 var(X) = 12 E(X) = σ=√ n2 −1 12 (verwachtingswaarde) (variantie) (standaardafwijking) Formules voor dichotome kansverdeling E(X) = p var(X) = p.q σ = √p. q Formules voor binomiale kansverdeling P[X = x] = Cnx.px.qn-x f(x) = Cnx.px.qn-x F(x) = ∑xi ≤ x f(xi ) E(X) = n.p var(X) = n.p.q σ = √n. p. q Formules voor geometrische kansverdeling Formules voor negatief binomiale kansverdeling 1−p p² 1−p √ p² (kansfunctie) (cumulatieve kansfunctie) (verwachtingswaarde) var(X) = (variantie) σ= (standaardafwijking) x f(x) = Cx+k−1 .pk.qx x = Cx+k−1.pk.(1-p)x (kansfunctie) E(X) = (verwachtingswaarde) σ=√ Formules voor Poisson kansverdeling (kansfunctie) (cumulatieve kansfunctie) (verwachtingswaarde) (variantie) (standaardafwijking) f(x) = qx.p = (1-p)x.p F(x) = 1-qx+1 = 1-(1-p)x+1 1−p E(X) = p k.(1−p) p k.(1−p) var(X) = p² Formules voor hypergeometrische kansverdeling (verwachtingswaarde) (variantie) (standaardafwijking) k.(1−p) p² (variantie) (standaardafwijking) CxK .Cn−x n−K Cn N n.K E(X) = N n.K K N−n var(X) = N . (1 − N).(N−1) n.K K N−n σ = √ N . (1 − N) . (N−1) f(x) = f(x) = e−λ .λx x! E(X) = λ var(X) = λ σ = √λ (kansfunctie) (verwachtingswaarde) (variantie) (standaardafwijking) (kansfunctie) (verwachtingswaarde) (variantie) (standaardafwijking) Hoofdstuk 4: Continue kansverdelingen Definitie Formules voor normale kansverdeling Formule f(x) = = 1 (x−a)² 2b² 1 (x−μ)² − 2 σ² . e− b.√2π σ.√2π .e (kansfunctie, NK) E(X) = a σ=b Formules voor chi-kwadraatverdeling f(x) = (verwachtingswaarde) (standaardafwijking) 1 n n 2 ⁄2 . Г ( ) .x n⁄ −1 −x⁄ 2 .e 2 (kansfunctie, NK) 2 E(X) = n σ = √2π Formules voor Student t-verdeling f(x) = (verwachtingswaarde) (standaardafwijking) n+1 ) 2 n √nπ . Г ( 2 ) Г( 1 . x² (1+ ) n n+1⁄ 2 E(X) = n σ = √2π (kansfunctie, NK) (verwachtingswaarde) (standaardafwijking) Hoofdstuk 5: Data Definitie IKA (interkwartielafstand) Formule IKA = Q3 – Q1 Hoofdstuk 6: Schatten van parameters Definitie Formule μX̅ (steekproefgemiddelde) μX̅ = μ σX̅ (standaardafwijking steekproef) σX̅ = Betrouwbaarheidsinterval voor populatiegemiddelde μ als σ bekend σ √n σ √n x̅ – z0. σ √n ≤ μ ≤ x̅ + z0. met α -z0 = FSN-1(2 ) s’ (standaardafwijking steekproef) Betrouwbaarheidsinterval voor populatiegemiddelde μ als σ niet bekend en 1 s’ = √n−1 . ∑ni=1(xi − x̅)² s′ √n x̅ – t0. s′ √n ≤ μ ≤ x̅ + t0. met α -t0 = FT-1(2 ; n − 1) L (intervallengte) α z0 = FSN-1(1 − 2 ) σ √n s′ 2.t0. √n en α t0 = FT-1(1 − 2 ; n − 1) L = 2.z0. (als σ bekend) L= (als σ niet bekend) n (minimale steekproefgrootte) Betrouwbaarheidsinterval voor populatievariantie σ² n> 4.z20 .σ2 L20 (als σ bekend) n> 4.t20 .s′2 L20 (als σ niet bekend) (n−1)s′² ≤ X2b (n−1)s′² X2a σ² ≤ met α Xa2 = FX²-1(2 ; n − 1) Betrouwbaarheidsinterval voor proportie p van een populatie -z0 = Lp (proportie-intervallengte) n (minimale steekproefgrootte) ̂ .(1−p ̂) p n α FSN-1(2 ) p̂ - z0.√ Lp = 2.z0.√ n> en ≤ p ≤ p̂ + z0.√ en α Xb2 = FX²-1(1 − 2 ; n − 1) ̂ .(1−p ̂) p n ̂ .(1−p ̂) p n ̂ .(1−p ̂) 4.z20 .p L20 Hoofdstuk 7: Toetsen van hypothesen Definitie Formule ̅− μ X φ (toetsveranderlijke of stochastiek) φ= φ* (toetswaarde) φ* = S′ √n x̅− μ s′ √n α z0 = FSN-1(1 − 2 )