2024-10-29T04:11:43+03:00[Europe/Moscow] nl true het orkest, het concert, de componist, het concertgebouw, de concentratie, verslappen, bij de les blijven, noten (lezen), de toon(hoogte), het ritme, de dirigent, de orkestleden, afslaan, repeteren, snaarinstrumenten, blaasinstrumenten, slaginstrumenten, bevestigen, verplaatsen, actiefilm, comedy, de documentaire, sciencefiction, de thriller, de detective, overhalen, argumenteren, smeken, zich lenen voor, bij uitstek geschikt, de solo, het duo, het trio, het kwartet, staren, afwezig, elders, de bewondering, het ontzag flashcards

Woordenschat Thema 3

Muziek

Customize
collection saved
Share
Long Term Learning Spaced Repetition
Add to Long Term Learning Desk
Fast learning Repeat this set of flashcards
Preview Test Spell
Play
Match
Review
  • het orkest
    het orkest
    Een grote groep mensen die muziek maken.
  • het concert
    het concert
    Een muziekuitvoering.
  • de componist
    de componist
    Bedenkt muziekstukken en schrijft het op met muzieknoten.
  • het concertgebouw
    het concertgebouw
    Het gebouw waarin het orkest een muziekuitvoering geeft voor het publiek.
  • de concentratie
    de concentratie
    Je aandacht bij één ding kunnen houden.
  • verslappen
    verslappen
    Je aandacht wordt minder.
  • bij de les blijven
    bij de les blijven
    Je aandacht niet laten verslappen.
  • noten (lezen)
    noten (lezen)
    Noten zijn tekentjes om muziek op te schrijven.
  • de toon(hoogte)
    de toon(hoogte)
    Een muziekklank (laag of hoog).
  • het ritme
    het ritme
    De organisatie van een patroon (snel of langzaam).
  • de dirigent
    de dirigent
    Leidt een orkest of koor door de maat te geven.
  • de orkestleden
    de orkestleden
    De muzikanten in een orkest.
  • afslaan
    afslaan
    De dirigent geeft een teken met zijn dirigeerstok, dat de orkestleden moeten beginnen of stoppen met spelen.
  • repeteren
    repeteren
    Oefenen voor een toneelstuk of muziekuitvoering.
  • snaarinstrumenten
    snaarinstrumenten
    Muziekinstrumenten met snaren.
  • blaasinstrumenten
    blaasinstrumenten
    Muziekinstrumenten die je bespeelt door erop te blazen.
  • slaginstrumenten
    slaginstrumenten
    Muziekinstrumenten die je bespeelt door erop te slaan.
  • bevestigen
    bevestigen
    Iets ergens aan vastmaken.
  • verplaatsen
    verplaatsen
    Als je iets naar een andere plaats brengt.
  • actiefilm
    actiefilm
    Een film waarin veel actie en geweld voorkomen.
  • comedy
    comedy
    Een film of boek dat grappig is.
  • de documentaire
    de documentaire
    Een verslag op tv of radio over een gebeurtenis of persoon.
  • sciencefiction
    sciencefiction
    Een film of boek dat zich ver in de toekomst afspeelt.
  • de thriller
    de thriller
    Een film of boek dat eng is.
  • de detective
    de detective
    Een persoon die een misdaad, diefstal of moord oplost.
  • overhalen
    overhalen
    Iets tegen iemand zeggen waardoor hij/zij het toch gaat doen.
  • argumenteren
    argumenteren
    Allerlei redenen geven waarom iets volgens jou wel of niet zo is, of zou moeten zijn.
  • smeken
    smeken
    Iets dringends vragen.
  • zich lenen voor
    zich lenen voor
    Als iets geschikt is, dan leent het zich voor.
  • bij uitstek geschikt
    bij uitstek geschikt
    Het is vooral geschikt voor jou.
  • de solo
    de solo
    Een muzikant die alleen muziek maakt.
  • het duo
    het duo
    Twee muzikanten die samen muziek maken.
  • het trio
    het trio
    Drie muzikanten die samen muziek maken.
  • het kwartet
    het kwartet
    Vier muzikanten die samen muziek maken.
  • staren
    staren
    Blijven kijken naar één punt met je gedachten ergens anders.
  • afwezig
    afwezig
    Suf of dromerig kijken.
  • elders
    elders
    Ergens anders.
  • de bewondering
    de bewondering
    Iemand mooi/goed/intelligent vinden.
  • het ontzag
    het ontzag
    Je hebt respect voor iemand.