Kinetica Academiejaar 2022-2023 Kinetica, © 2017 door De Norre S. is gelicentieerd onder Creative Commons als NaamsvermeldingNietCommercieelGelijkDelen 4.0 Internationaal. Om deze licentie te bekijken, bezoek https://creativecommons.org/licenses/by-nc-sa/4.0/deed.nl Voor het correct refereren naar deze publicatie in APA-stijl, gebruik volgende bronvermelding: De Norre S. (2017). Kinetica [E-book]. Odisee. https://studiemateriaal.odisee.be/publiek/cc.aspx?ISBN=2220139951860 www.odisee.be -39- KINEMATICA Kinematica van een star lichaam Hoofdstuk 7: Kinematica van een star lichaam (in een plat vlak) Het begrip “star” lichaam wijst in de natuurkunde op een onvervormbaar lichaam: alle punten van het lichaam blijven ten allen tijde op dezelfde onderlinge afstand. Elasticiteit en vervorming moeten dus niet in rekening worden gebracht. 7.1. Beweging van een lichaam in een plat vlak. In een plat vlak onderscheiden we 3 soorten bewegingen: - Translatie - Rotatie - Willekeurige of algemene beweging 7.1.1. Translatie. Translatie treedt op wanneer de richting van een willekeurig lijnsegment tussen 2 punten van het lichaam tijdens de beweging evenwijdig blijft met de oorspronkelijke richting. Deze beweging kan rechtlijnig of kromlijnig zijn, afhankelijk van de bewegingsbaan van elk paar punten van het lichaam. t t+dt r ds A A A B r dsB C r dsC B C KINEMATICA -40- Kinematica van een star lichaam Aangezien het lichaam evenwijdig aan zichzelf beweegt, maken alle punten van het lichaam dezelfde beweging. r r r ds A = dsB = dsC =… r r r vA = vB = vC = … r r r a A = a B = a C =… 7.1.2 Rotatie (om een vaste as). Wanneer een lichaam om een vaste as roteert, dan beschrijft elk punt van het lichaam een cirkelvormige baan. Bij de rotatie van het lichaam zal elke plaatsvector van een willekeurig punt t.o.v. O dezelfde hoekverdraaiing dα maken. O is het snijpunt van de rotatie-as met het vlak en dus het centrum van de rotatie. dα1 = dα2 = … = dα ω1 = ω2 = … = ω (ω = dα/dt) φ1 = φ2 = … = φ (φ = dω/dt) De afgelegde weg, snelheid en versnelling van een willekeurig punt van het lichaam kunnen bepaald worden met de formules van de cirkelvormige beweging: ds = Rp.dα v = Rp.ω at = Rp.φ Met Rp de afstand van het beschouwde punt tot de rotatie-as. KINEMATICA -41- Kinematica van een star lichaam Oefening: R1 = 50cm, R2 = 20cm v1 = 20 cm/s, bepaal v2 Indien men blok 2 10m hoog wil hijsen, hoeveel meter kabel moet men dan naar beneden trekken? KINEMATICA -42- Kinematica van een star lichaam 7.1.3 Willekeurige beweging. De willekeurige of algemene beweging van een lichaam ontstaat door de samenstelling van een translatie in het vlak van de beweging en een rotatie om een as loodrecht op dit vlak. De meest traditionele manier om de willekeurige beweging te berekenen is deze te zien als de combinatie van een translatie en een rotatie: 1) Translatie van het lichaam waarbij het punt A de volledige weg dsA aflegt. De snelheid v van de translatie komt overeen met de snelheid van het punt A: vA 2) Rotatie van het lichaam om het punt A, met hoeksnelheid ω. Tijdens deze rotatie staat het rotatiepunt A uiteraard stil. KINEMATICA -43- Kinematica van een star lichaam Er bestaat echter nog een 2de manier om de willekeurige beweging te benaderen: men “bevriest” de beweging, en ziet de willekeurige beweging als een ogenblikkelijke rotatie rond een stilstaand punt: de ogenblikkelijke rotatiepool. -44- KINEMATICA Kinematica van een star lichaam 7.2. Snelheid van het zwaartepunt van een zuiver rollende cilinder De zuiver rollende cilinder is een cilinder die rolt zonder te glijden, of zonder door te slippen. Deze idealisering heeft tot gevolg dat het contactpunt van de cilinder met de ondergrond, het punt P, op elk willekeurig tijdstip van de beweging geen snelheid heeft en dus stil staat. Indien het contactpunt een snelheid zou hebben in de draairichting, dan slipt de cilinder door. Indien het contactpunt een snelheid zou hebben tegen de draairichting in, dan zou de cilinder naast rollen ook glijden. De verplaatsing van het zwaartepunt gedurende het tijdsinterval dt bedraagt dsz meter. Deze afstand dsz komt overeen met de booglengte van de cirkelboog ds van de cilinder, die wordt afgerold tijdens het tijdsinterval dt. Deze cirkelboog ds heeft een booglengte die bepaald wordt door de doorlopen hoek dα dsz = R.dα vz = =R vz = Rω zo ook: az = Rφ Een alternatieve manier om dit te benaderen, is te vertrekken van het contactpunt P: bij een rotatie zou het punt P een omtreksnelheid hebben van R.ω m/s om het zwaartepunt (of middelpunt) van de cilinder. Aangezien het contactpunt bij een zuiver rollende cilinder stil staat , moet het zwaartepunt met een snelheid van R.ω m/s bewegen ten opzichte van het contactpunt P. -45- KINEMATICA Kinematica van een star lichaam 7.3. Willekeurige beweging via samenstellen van translatie en rotatie De willekeurige beweging van een star lichaam kan worden beschreven als een samenstelling van een translatie en rotatie. Om die bewegingscomponenten afzonderlijk te bekijken, gebruiken we de kennis uit hoofdstuk 6. Beweging lichaam = translatie + rotatie Neem een willekeurig punt B van het lichaam: Beweging van punt B = beweging van punt A + beweging van het punt B t.o.v. A Absolute beweging Sleepbeweging Relatieve beweging De absolute beweging van een willekeurig punt van een lichaam (B) bestaat dus uit de samenstelling van een gekende sleepbeweging (rechtlijnig, cirkelvormig, parabolisch) van een ander punt van dat lichaam (A) en de relatieve beweging van het punt B t.o.v. A. Bij het bestuderen van deze relatieve beweging van punt B wordt de beweging van punt A buiten beschouwing gelaten en staat dit punt als het ware stil. De beweging van B t.o.v. A is ALTIJD een cirkelvormige beweging. Deze punten bevinden zich voor een star lichaam immers altijd op dezelfde afstand van elkaar. De beweging waarbij men steeds op dezelfde afstand blijft van een ander, centraal punt is de cirkelvormige beweging. Vectorieel: r r r dsB = ds A + d s B / A r r r vB = vA + v B / A (. ) r v B / A = ω.AB KINEMATICA Oefening: bepaal ω en de snelheid van punt B -46- Kinematica van een star lichaam KINEMATICA -47- Kinematica van een star lichaam 7.4. Willekeurige beweging via ogenblikkelijke rotatie De willekeurige beweging van een star lichaam kan beschouwd worden als een ogenblikkelijke rotatie rond een bepaald stilstaand punt, de ogenblikkelijke rotatiepool genaamd. r r r In 7.3 werd de snelheid van een willekeurig punt B beschreven als vB = vA + v B / A . r Deze snelheid kan heel direct beschreven worden als men een punt A kiest waarvoor vA = 0. r r Waardoor vB = v B / A = ω.AB. Dit punt A wordt dan de ogenblikkelijke rotatiepool (OR) genoemd. Dit punt A hoeft geen punt van het lichaam zelf te zijn, zoals in 7.3, maar kan ook een punt buiten het lichaam zijn. Punt B beschrijft een cirkelvormige beweging rond deze OR, en heeft een snelheid: r vB = ωor . BOR Met ωor de hoeksnelheid van het lichaam om de OR, en BOR de afstand van punt B tot de OR. Dit geldt niet enkel voor punt B, maar voor alle punten van het lichaam. Elk punt van het lichaam beweegt met dezelfde hoeksnelheid ωor, maakt dezelfde hoekverdraaiing ∆α en heeft dezelfde hoekversnelling φ. De snelheidsvector van een willekeurig punt P staat bijgevolg (omtreksnelheid C.B) loodrecht op de lijn POR, die het punt P verbind met de OR en heeft als grootte: r vP = ωor.POR KINEMATICA -48- Kinematica van een star lichaam Om dit te verduidelijken kunnen we een zuiver rollende cilinder aanschouwen: Aangezien het contactpunt (A) bij een zuiver rollende cilinder stilstaat en dus geen snelheid heeft, is contactpunt A de ogenblikkelijke rotatiepool. r r vZ = 0.4m/s en vB = 0.8m/s r r vB en vZ staan loodrecht op AB en AZ r Bepaal vC ? KINEMATICA -49- Kinematica van een star lichaam Hoe kan men de ligging van de ogenblikkelijke rotatiepool bepalen? We weten: r - OR heeft geen snelheid: vOR =0 - De snelheidsvector van een willekeurig punt P staat steeds loodrecht verbindingslijn van de OR met het punt P r - Punt P draait met een hoeksnelheid ωor = v P /POR rond de OR op de 1) Gegeven: snelheid van 1 punt, en de hoeksnelheid ωor van het lichaam r r POR= v P /ωor met POR loodrecht op vP 2) Gegeven: de snelheid van 2 punten van het lichaam, waarbij de snelheidsvectoren niet evenwijdig zijn. Teken vanuit de punten 1 en 2 de loodlijnen op de snelheidsvectoren van deze punten. Deze loodlijnen snijden elkaar in de OR! r r ωor = v P 1 /P1OR = v P 2 /P2OR -50- KINEMATICA Kinematica van een star lichaam 3) Gegeven: de snelheid van 2 punten van het lichaam, waarbij de snelheidsvectoren wel evenwijdig zijn. De OR kan bepaald worden aan de hand van gelijkvormige driehoeken. Deze ontstaan door de verbindingslijnen te tekenen van de beginpunten en de eindpunten van de snelheidsvectoren. r r Opnieuw geldt: ωor = v P 1 /P1OR = v P 2 /P2OR Opmerking: Indien beide snelheidsvectoren even groot zijn, evenwijdig lopen en dezelfde zin hebben, dan voert het lichaam een translatie uit. De lijnen die de beginpunten en eindpunten met elkaar verbinden snijden elkaar dan immers niet. P1OR en P2OR zijn oneindig lang r ωor = v /∞ = 0 -51- KINEMATICA Kinematica van een star lichaam 7.5. Oefeningen 71. Het uiteinde van het touw wordt met een snelheid van r v C = 120mm/s naar beneden getrokken. Bepaal de hoeksnelheid van de katrollen A en B en de snelheid van blok D. Ga ervan uit dat het touw niet over de katrollen slipt. r [ v D =60 mm/s ; A = 0.5 rad/s ; B = 0.5 rad/s ] 72. In de tekening wordt het bovenaanzicht van een automatisch dienstraam in een snackbar weergegeven. Tijdens de werking ervan drijft een motor de scharnierende stang BC aan met een hoeksnelheid BC = 0.5 rad/s. Bepaal, op het weergegeven moment, de snelheid van het uiteinde D. Het uiteinde A beweegt in de geleider. r [ v D = 0.1m/s ] 73. De hoeksnelheid van de stang AB is AB = 4 rad/s. Bepaal de snelheid van de ring bij C en de hoeksnelheid van de stang BC op het weergegeven moment. De stang BC is op dat moment horizontaal. r [ v C = 2.45 m/s ; BC = 7.81 rad/s ] -52- KINEMATICA Kinematica van een star lichaam 74. Het kruksleufmechanisme wordt gebruikt om de constant draaibeweging van de arm OA om te zetten in een translerende beweging van de stang BC. De arm OA draait met een hoekversnelling van 2 rad/s² en een hoeksnelheid van 5 rad/s als ϑ = 30°. Bepaal de snelheid en de versnelling van BC op dit moment. r r [ v BC = 0.65 m/s ; a BC = -1.62 m/s² ] 75. Bepaal de snelheid van slede A. r [ v A =2.4 m/s] 76. De snelheid van de glijder C is 4 m/s, gericht naar de bovenkant van de scheve gleuf. Bepaal de hoeksnelheid van de stangen AB en BC en de snelheid van het punt B op het ogenblik dat is weergegeven in de figuur. r [ v B =2.84 m/s ; BC = 2.84 rad/s ; AB = 2.84 rad/s ] -53- KINEMATICA Kinematica van een star lichaam 77. De stang AB draait met een hoeksnelheid AB = 6 rad/s. Bepaal de hoeksnelheid van de stangen BC en CD op het ogenblik dat ϑ = 60°. [ BC = 5.8 rad/s ; CD = 2.18 rad/s ] 78. De stang AB heeft een hoeksnelheid van 3 rad/s. Bepaal de hoeksnelheid van CD op het ogenblik dat is weergegeven in de figuur. [ CD = 4 rad/s ] 79. De krukas AB draait rond met een constante hoeksnelheid van de zuiger P als ϑ = 30°. r [ v C =18.48 m/s] AB = 150 rad/s. Bepaal de snelheid -54- KINEMATICA Kinematica van een star lichaam 80. De staaf AB van het stangenmechanisme dat in de figuur te zien is, heeft een met de klok meedraaiende hoeksnelheid van 30 rad/s als ϑ = 60°. Bereken de hoeksnelheid van de stang BC en het wiel op dit ogenblik. [ DC = 52 rad/s ] 81. De cilinder in de figuur rolt zonder glijden tussen twee bewegende platen E en D. Bepaal de hoeksnelheid van de cilinder en de snelheid van zijn middelpunt C op het getoonde ogenblik. r [ v Z = 0.075 m/s ; OR = 2.6 rad/s ] 82. Blok D beweegt met een snelheid van 3 m/s. Bepaal de hoeksnelheid van de stangen BD en AB op het getoonde ogenblik. [ BD = 5.3 rad/s ; AB = 5.3 rad/s]