Uploaded by sanneromeevveluw

Recht jaar 2 Samenvatting

advertisement
lOMoARcPSD|3959416
Recht jaar 2 blok 1 che social work
Mens en Recht (Christelijke Hogeschool Ede)
StudeerSnel wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of universiteit
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416
Voor toets:
 Begrippenlijst toevoegen
 Boek lezen en toevoegen
Recht
Werkcollege 1, 7 september 2021
Verbintenissen en overeenkomsten Hoofdstuk 3
Een verbintenis is een juridische verplichting die iemand heeft aan iemand anders. Het
ontstaat uit:
- Rechtshandeling (overeenkomst)
- De wet
Vindplaatsen van het recht met betrekking tot overeenkomsten:
- Boek 3 BW: vermogensrecht. Algemene regels over rechtshandelingen en op geld
waardeerbare rechten en verplichtingen.
- Boek 6 BW: verbintenissenrecht. Algemene regels over verbintenissen en de
belangrijkste bronnen: de overeenkomst en de onrechtmatige daad.
- Boek 7 BW: bijzondere overeenkomsten. Regels over specifieke overeenkomsten,
zoals koop, huur, opdracht en arbeidsovereenkomst.
Voorkomend uit rechtshandeling  overeenkomst.
Toelichting: de verbintenis is gericht op een rechtsgevolg. Voorbeelden:
- Koopovereenkomst (klant wil product en leverancier wil verkopen)
- Huurovereenkomst (huurden wil gebruik, verhuurder wil geld)
- Arbeidsovereenkomst (werkgever wenst arbeid en werknemer wil werken voor loon)
- Hulpverleningsovereenkomst (hulpverlener wil helpen en cliënt wil hulp)
Voorkomend uit wet  onrechtmatige daad
Toelichting: partijen hebben geen gerichtheid op een rechtsgevolg, maar de wet verbindt er
een rechtsgevolg aan. Bijv: ongelukje met schade tot gevolg. Hoewel je dit niet wilt (er is
geen gerichtheid op een rechtsgevolg) zegt de wet dat je schade moet vergoeden = een
verbintenis.
Sommige feiten zijn rechtsfeiten,
sommige andere feiten (het regent).
Rechtsfeiten kunnen ontstaan door
menselijk handelen, en door blote
rechtsfeiten  dingen die gewoon
ontstaan (baby wordt geboren, er
ontstaat ouderschap).
Het menselijk handelen bestaat uit
twee soorten handelingen:
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416
rechtshandelingen (overeenkomsten) en feitelijke handelingen (je doet feitelijk iets en dat
heeft een rechtsgevolg). Feitelijke handelingen zijn onder te verdelen in een onrechtmatige
daad  je brengt schade (niet de bedoeling) aan een fiets en je moet de schade vergoeden,
en een rechtmatige daad.
Overeenkomst (contract)
1. Wat is een overeenkomst?
Definitie: een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling waarbij een of meer
partijen jegens een of meer anderen een verbintenis aangaan.
Verbintenis: een partij verplicht zich om een prestatie te leveren waar de andere
partij recht op heeft.
Dus: een overeenkomst= een afspraak tussen partijen, waarbij partijen over en weer
akkoord zijn met de inhoud van de afspraak.
Partijen zijn gebonden aan deze afspraken: het nakomen van de afspraken is via de
rechter af te dwingen.
(Eenzijdige rechtshandeling: opstellen testament.)
2. Totstandkoming overeenkomst
Is vormvrij (mag ook mondeling).
Nodig zijn: aanbod en aanvaarding (art. 6:217 BW):
Aanbod: duidelijk, informatieplicht.
Aanvaarding: onderzoek plicht, wil kenbaar in een verklaring. De verklaring moet de
wederpartij hebben bereikt.
3. Partijen
Contractvrijheid: natuurlijke en rechtspersonen kunnen overeenkomsten aangaan.
Vertegenwoordiging:
 Bij minderjarigen: ouderlijk gezag of voogdij, handelingsonbekwaam.
 Onder curatele gestelde: curator, handelingsonbekwaam.
 Onder bewind gestelde: bewindvoerder, handelingsonbevoegd t.a.v.
vermogen.
Vertegenwoordiger kan overeenkomsten vernietigen indien vertegenwoordiger
daartoe aanleiding ziet.
4. Inhoud van de overeenkomst
Personen mogen zelf de inhoud van de overeenkomst bepalen.
Enkele kanttekeningen:
Art. 3:40 BW: een rechtshandeling is nietig wanneer deze
 In strijd is met de wet
 In strijd is met de goede zeden
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416
Bij algemene voorwaarden (bij overeenkomst) kunnen voorwaarden onredelijk
bezwarend zijn:
 Zwarte lijst (onredelijk bezwarend)
 Grijze lijst (vermoed onredelijk bezwarend te zijn)
Nietig: overeenkomst bestaat niet en heeft nooit bestaan. Je kunt de ander er dus
ook niet aan houden en voor de rechter houdt het geen stand.
Vernietigbaar: de overeenkomst bestaat wel maar de vernietiging kan worden
ingeroepen. Soms wel binnen een bepaalde termijn.
5. Geldig, nietig en vernietigbaar
Een overeenkomst is geldig:
 Als aan alle vereisten is voldaan
 Zolang de vernietigbaarheid niet is ingeroepen
Een overeenkomst (of deel) is vernietigbaar:
 Rechtshandeling: wilsgebrek
 Handelingsonbekwaam
 Geestelijke stoornis: niet wil kunnen bepalen
 Onbevoegd (onder bewind gesteld)
 Onredelijk bezwarend
 Dwalen, een vergissing (maar vaak eigen risico)
Overeenkomst is nietig:
Rechtshandeling is in strijd met de wet of de goede rede.
6. Rechtsgevolgen overeenkomst
Bindend: je zit eraan vast. Er zijn rechtens afdwingbare rechten en verplichtingen tot
stand gekomen; bindende afspraken -> nakoming.
Partijen zijn gehouden aan:
 De eigen afspraken (inhoud)
 Wettelijke regels met betrekking tot overeenkomst
 Redelijkheid en billijkheid
7. Niet- nakoming
Tekortkoming:
 Toerekenbaar: wanprestatie
 Niet toerekenbaar: overmacht:
 Niet aan schuld te wijten
 Niet volgens de wet, rechtshandeling, algemeen verkeer geldende
opvattingen voor rekening schuldenaar.
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416
Wanprestatie
Toerekenbare niet-nakoming





Opschorten van de eigen verplichting in de nakoming van de overeenkomst.
Nakoming vorderen van de overeenkomst. Aanmaning. Kosten.
Ingebrekestelling: bieden van een redelijke termijn tot nakoming. Niet nodig
als er een duidelijke termijn of datum is gesteld.
Heeft ingebrekestelling geen effect, dan is de wederpartij in verzuim. Dan kan
de overeenkomst worden ontbonden.
Na verzuim kan er ook schadevergoeding worden gevorderd. (Aanvullende
schadevergoeding/ vervangende schadevergoeding.
Schulden Hoofdstuk 6
Niet nakomen = schuld
Ontstaat door het aangaan van een verbintenis of door een onrechtmatige daad of
strafrechtelijke overtreding.
Geldschuld: de prestatie die de schuldenaar moet leveren in de vorm van geld.
Wanneer kunnen schulden een probleem worden?
Als schulden een probleem vormen, kan schuldhulpverlening uitkomst bieden:
 Hulp bij besteding van het inkomen
 Een regeling met de schuldeiser
 Schuldsanering
Positie schuldeiser
De schuldeiser heeft recht op betaling door de schuldenaar.
Als de schuldenaar niet betaald, kan de schuldeiser in drie fasen proberen om zijn geld te
halen:
 Twee fasen van incassoprocedure (buitengerechtelijke fase en gerechtelijke fase)
 Beslaglegging in de executiefase.
BKR (Bureau Krediet Registratie te Tiel)
 Kredietverstrekkers moeten elke lening melden bij BKR. Dat is een wettelijke plicht.
 Kredietverstrekkers gebruiken het systeem ook als er een nieuwe kredietaanvraag
binnenkomt. Door een toetsing te doen, kunnen zij beter inschatten hoe de klant er
financieel voor staat.
 Studiefinanciering die wordt afgesloten bij DUO wordt niet geregistreerd bij BKR. Een
lening bij de bank om een studie te bekostigen wel. Het is namelijk geen consumptief
krediet, maar een investering in jezelf en de toekomst.
Buitengerechtelijke fase
Eerst: aanmaningen.
Dan: opdracht aan een incassobureau om de vordering te innen.
 Incassobureaus: speciale bureaus die uitsluitend vorderingen innen voor derden.
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416
Het bureau handelt in opdracht van de schuldeiser en brengt daarvoor ook kosten in
rekening.
Kosten worden doorberekend aan de schuldenaar.
Wettelijke rente: art. 6:119 BW. Dat is een schadevergoeding die de schuldenaar moet
betalen aan zijn schuldeiser omdat hij te laat is met het betalen van zijn schuld.
Buitengerechtelijke incassokosten: kosten die het bureau berekent voor zijn werkzaamheden.
Gerechtelijke fase
In deze fase probeert de schuldeiser om zijn vordering door de rechter vast te stellen, met als
doel het verkrijgen van een executoriale titel.
Anders gezegd: het recht om de vordering eigenmachtig te verhalen op het vermogen
(goederen) van de schuldenaar.
De schuldeiser dagvaardt hiertoe de schuldenaar voor de rechter.
De rechter wijst vonnis, geeft oordeel over de rechtsgeldigheid van de vordering en bepaalt
de hoogte van de te betalen incassokosten.
Beslaglegging
 Als de incassoprocedure geen effect heeft, bestaat de mogelijkheid om beslag te
leggen; executiefase.
 Beslaglegging (art.429 Rv)
 Art. 447 en 448 Rv: niet alle goederen zijn vatbaar voor beslag: eten, bed,
beddengoed, kleding, noodzakelijke boeken en gereedschap dat nodig is voor de
uitoefening van het beroep.
 Er kan beslag op loon worden gelegd; ook wel beslag onder derden.
 Art. 475 Rv: deurwaarder geeft de werkgever het bevel om een deel van het loon niet
uit te betalen aan de schuldenaar.
 Beslagvrije voet: art. 475 b Rv.  Een soort minimum dat over moet blijven om van te
kunnen leven (ongeveer bijstandsnorm).
Schuldhulpverlening
 Hulp die een schuldenaar vrijwillig aanvaardt als hij zelf niet (meer) in staat is om zijn
financiële verplichtingen na te komen.
 Tweedelig doel: de schuldenaar wordt geholpen om uit zijn schuldsituatie te komen
en tevens wordt voorkomen dat er een nieuwe schuldensituatie ontstaat.
 Minnelijk traject: zonder rechtelijke tussenkomst wordt een oplossing gezocht met de
schuldeisers; er wordt een betalingsvoorstel aangeboden.
 Wettelijk traject: via de rechter (WSNP).
Mogelijkheden
Schuldbemiddeling/ schuldregeling
Betalingsvoorstel aan de schuldeisers waarin staat welk bedrag je maandelijks kunt aflossen.
Schulden worden in principe volledig afbetaald. Let op: beslagvrije voet/ vrij te laten bedrag.
Vrijwillige schuldsanering
- Minnelijk akkoord, al dan niet via saneringskrediet
- Eventueel dwangakkoord
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416
Wettelijke schuldsanering
Wanneer vrijwillige schuldsanering niet lukt  WSNP. Aanvraag via rechtbank.
Faillissement
Alleen als bovenstaande mogelijkheden niet meer mogelijk zijn.
Gevolg  beslag op (bijna) heel het vermogen. Curator voert uit. Te weinig vermogen:
faillissement wordt weer opgeheven en alle schulden herleven weer.
Acties
 Alle schuldeisers in kaart brengen.
 Voor schulden die ontstaan zijn door fraude en boetes wordt in principe geen
schuldhulpverlening geboden.
 Is er naast inkomen nog vermogen?
 Is er een situatie waarin met spoed (juridische) maatregelen moeten worden
getroffen?  Bijvoorbeeld: uit de woning worden gezet en afsluiten van gas, water en
elektra.
 Afspraken maken over de acties die nodig zijn en de hulp die daarbij zal worden
geboden.
 Naast juridische zaken worden ook afspraken over de aanpak van bijvoorbeeld
psychische of maatschappelijke factoren vastgelegd.
Minnelijk akkoord met schuldeisers
 Schuldenaar kan de schuld wel aflossen maar minder snel dan overeengekomen.
 Dan kan er een nieuwe aflossingsovereenkomst worden gesloten, mits de
schuldeisers hiermee akkoord gaan.
 Voorstel aan de schuldeiser: schuldenaar betaalt drie jaar lang maandelijks een
bepaald bedrag.
 Voorwaarde: alle schuldeisers moeten hiermee instemmen.
 Bij dwarsligger: dwangakkoord via de rechter.
Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP)
 Vroeger: bij schulden werd je failliet verklaard (kan nog steeds).
 Geregeld in de Faillissementswet (Fw).
 De hele boedel werd verkocht, schulden werden (deels) betaald, faillissement werd
opgeheven.
 Maar de schulden bleven bestaan. En je bleef achtervolgd worden door je
schuldeisers. Levenslang.

1998: WNSP opgenomen in Faillissementswet (titel III, vanaf art. 284).
WNSP- art. 284 FW
 De WSNP is een onderdeel van de Fw en speciaal bedoeld om natuurlijke personen
uit hun uitzichtloze schuldsituatie te bevrijden en voor een faillissement te behoeden.
 Wettelijke schuldsanering komt tot stand door vonnis van de rechter.
 De bewindvoerder verkoopt de boedel en verdeelt de opbrengst onder de
schuldeisers.
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416








De schuldenaar wordt beschikkingsonbevoegd, maar kan wel dagelijkse
rechtshandelingen verrichten.
De schuldenaar dienst een verzoekschrift in bij de rechtbank waarin hij verzoekt om
toegelaten te worden tot de WSNP.
Naast het verzoekschrift: verklaring dat er geen reële mogelijkheden zijn om tot een
buitengerechtelijke schuldsanering te komen (college van B&W, gemeentelijke
kredietbank of particuliere schuldbemiddelaar).
Naast her verzoek en de verklaring: overzicht van eigen inkomens- en
vermogenspositie en die van zijn echtgenoot of geregistreerd partner.
Wijst de rechter het verzoek toe, dan bepaalt hij hoelang de wettelijke schuldsanering
zal duren.
De termijn ligt tussen 3 en 5 jaar.
De rechter stelt een bewindvoerder aan, die de uitvoering van het saneringsplan
coördineert en hierover regelmatig verslag uitbrengt aan de schuldeisers.
Als de schuldenaar aan zijn verplichtingen heeft voldaan, kan de schuldenaar weer
met een schone lei beginnen.
Huurrecht Hoofdstuk 5
Wonen
 Regio, platteland, dorp, stad, wijk
 Koop/huur
 Sociale huur/vrije markt (geliberaliseerd)
 Huurtoeslag (proefberekening)
 737 euro per maand; laag inkomen; vermogen <30.000,  Woningcorporaties moeten jaarlijks minimaal 80% van hun vrijgekomen socialehuurwoningen toewijzen aan huishoudens met een inkomen tot 39.055 (prijspeil
2020). 10% mag naar huishoudens met een inkomen tussen 39.055 en 43.574
(prijspeil 2020). En 10% mag naar de hogere inkomens.
 Passend toewijzen: laagste inkomens in goedkopere woningen.
Wonen in Nederland
57% koopwoning
29% sociale huurwoningen
13% particuliere huurwoningen (geliberaliseerde markt, hogere prijzen)
Tekort aan sociale huurwoningen
 Woningnood: groot tekort aan (sociale) huurwoningen
 Lange wachttijden voor een huurwoning
Woonkosten
 Zie CBS
 Woonquote (totale woonlasten als percentage van het besteedbaar inkomen) in2018
voor huurders gemiddeld 38,1%. Eigenaren gemiddeld 29%.
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416



Gemiddelde woonquote van jonge huishoudens is 32%; wooneigenaren van 45 jaar of
ouder gemiddeld 28%.
Wooneigenaren uit de 20% minst welvarende huishoudens besteden gemiddeld bijna
de helft van hun besteedbaar inkomen aan woonlasten, huurders zo’n 42%.
Wooneigenaren uit de 20% meest welvarende huishoudens betalen gemiddeld nog
geen kwart van hun besteedbaar inkomen aan wonen.
Wat is huren?
 Art. 7:201 BW: huur is de overeenkomst waarbij de verhuurder een zaak ter gebruik
verstrekt aan huurder, die daarvoor een tegenprestatie verricht.
 Alle huurzaken:
- Art. 7:203 t/m 231 BW
- Onroerende zaken (woonruimte): art. 7:232 t/m 282
Algemeen
 Vormvrij
 Aanbod/aanvaarding
 Gebruik van een zaak (niet verbruik)
 Tegenprestatie (niet gratig)
 Einde: als huurtermijn is verstreken,
- Let op uitzondering: niet bij huur woonruimte
 Geschillen huur: rechtbank (afdeling kanton)
Huur van een woning
 Zelfstandige woning
- Eigen toegang en eigen wezenlijke voorzieningen
 Niet- zelfstandige woning
- Gedeelde ingang en geen eigen wezenlijke voorzieningen
 Korte duur
- Art 7:232 BW: speciale bepalingen huur woonruimte niet van toepassing (bijv.
vakantiewoningen)
 Hospita
- Art 7:232 lid 3 BW: speciale regels ter bescherming huurder gelden pas na 9
maanden.
Wie treffen we in de woning?
 Contractuele huurder en medehuurder(s)
 Wettelijke medehuurder(s)
- Echtgenoot/ geregistreerd partner (art. 7:266 BW)
Andere bewoners
 Samenwonende persoon = duurzame gemeenschappelijke huishouding, mits woning
als hoofdverblijf -> kan medehuurder worden:
- Gezamenlijk verzoek verhuurder en evt. medehuurder
- Weigering bij: korter dan 2 jaar, enkel snel huurder worden, vermoedelijk huur
niet betalen
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416

Niet bij kinderen – ouders
Onderhuurder (art. 7:244 BW)
- Bij zelfstandige woning waar de verhuurder zelf ook woont een deel
onderverhuren: legale onderhuurder
- Dat mag echter contractueel worden verboden/toegestaan
Huurprijs
Huurprijs= kale huurprijs/servicekosten. Bij sluiten overeenkomst soms ook andere kosten.
Huurprijs:
 Overeengekomen huurprijs
 Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte.
- Woningwaarderingsstelsel. Huurprijscheck. Binnen 6 maanden. Toetsing
huurcommissie: advies verhuurder. Als verhuurder niet akkoord, kan de
huurder naar de rechter.
 Bij ernstige onderhoudsgebreken:
- Verlaging huurprijs vragen
Andere kosten (moet wel om echte kosten gaan):
 Bemiddeling, waarborgsom, overnamekosten (niet verplicht); sleutelgeld mag niet
Nakomen huurovereenkomst bij wanprestatie
1. Vordering van nakoming
- Tenzij overmacht
2. Opschorten
- Wachten met betalen tot beschikking zaak
3. Schadevergoeding vorderen
- Schade gelden? Verhuurder betaalt, als gebrek bekend was of na
overeenkomst is ontstaan en toe te rekenen is.
4. (Huurder) gebrek verhelpen
- Onderhouds- en herstelplicht: voor rekening verhuurder
5. (Huurder) kan vermindering huurprijs eisen
- Als huurgenoot verminderd is
6. Ontbinden huurovereenkomst
- Buitenrechtelijk of in rechte (woning)
- Ook bij geen wanprestatie
7. Huur opzeggen
- Bij wanprestatie en huur voor onbepaalde tijd (woningen anders geregeld)
Einde van de huur
 Beëindiging wederzijds goedvinden
 Opzegging van de huurovereenkomst
 Ontbinding huurovereenkomst
 Overlijden huurder: medehuurder of erfgenamen opzeggen (2 à 3 maanden tijd)
 Let op: “huurbescherming”
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416
Opzegging verhuurder
 Aangetekende brief met reden
 Opzegtermijn
 Melden één van de opzeggronden
- O.a. huurder gedraagt zich niet als goede huurder
- Looptijd huurovereenkomst verstreken
- Dringend eisen gebruik
 Instemming huurder nodig:
- Anders eindigt de huurovereenkomst niet
 Als na 6 weken geen instemming: beëindiging vorderen bij afdeling kanton rechtbank.
In deze procedure dienen dezelfde gronden te worden genoemd.
Ontbinding huurovereenkomst
 Moet via de rechter
 Als de huurder tekortschiet in verplichtingen
 Huurder die niet op tijd betaalt is deze van rechtswege in verzuim
- Rechter: ernstige wanprestatie (2/3 maanden huurachterstand)

Bijzondere situaties, ontbinding buiten rechte:
- Woning door gemeente wegens overlast gesloten: verhuurder kan ontbinden
- Woning helemaal niet meer bruikbaar (bijv. brand):
Huurder en verhuurder kunnen ontbinden
Gevolgen beëindiging huurovereenkomst
 Bij einde huur wordt de overeenkomst voortgezet door de contractuele/wettelijke
medehuurder(s)
 (Duurzame) samenwoner heeft alleen bij overlijden huurder recht om de
overeenkomst half jaar voort te zetten, daarna toestemming rechter nodig
- Rechter wijst af: kan niet betalen of huisvestigingsvergunning nodig
 Kinderen geen extra rechter bij einde huur
 Onderhuurder
- Hoofdregel: einde huur = einde onderhuur
- 7:269 BW; uitzondering: bij legale onderhuur van een zelfstandige woning
wordt de hoofdhuurovereenkomst met verhuur voortgezet door
onderhuurder
Overlast en woningontruiming
 Verhuurder moet optreden tegen ernstige overlast van buren van zijn huurder, waar
dit in zijn macht ligt (burenruzie)
 De verhuurder kan de huur opzeggen van de huurder die de overlast veroorzaakt en
zich dus niet als goede huurder gedraagt
 De verhuurder heeft rechtsmiddelen om zijn vordering kracht bij te zeten: kort geding
aanspannen en bij zijn beëindigingsvordering eisen dat het vonnis uitvoerbaar bij
voorraad wordt verklaard
 Incassoprocedure en gerechtelijke procedure
 Burgemeester kan pand sluiten bij overlast door drugs. (Art. 13b Opiumwet)
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416
Arbeidsrecht Hoofdstuk 11
Hoe kom je aan inkomen?
Manieren om inkomen te verwerven (naast “zwart” werken en criminaliteit):
ZZP’er:
D.m.v. opdracht: art. 7:400-468 BW of door aanneming van werk: art. 7:750-769 BW
Werknemer:
Arbeidsovereenkomst: art. 7:610-749 BW
Of: je ontvangt een uitkering
Werknemer of niet…
Drie ‘soorten’ overeenkomsten wat betreft werk”
- Zzp’er  opdracht, “anders dan op grond van een arbeidsovereenkomst
werkzaamheden te verrichten die in iets anders bestaan dan het tot stand
brengen van een werk van stoffelijke aard” = diensten
- Aannemer  aanneming van werk, “een werk van stoffelijke aard buiten
dienstbetrekking”
- Werknemer  arbeidsovereenkomst
Recht van toepassing op de ao
 Boek 7 BW vanaf art. 610
 De betreffende coa
 Vele andere wetten:
- Internationale verdragen
- Arbeidsomstandighedenwet
- Arbeidstijdenwet
- Wet op het minimumloon
- Wet op de Ondernemingsraden
 Regels van de onderneming zelf
Collectieve arbeidsovereenkomst
 De coa: overeenkomst tussen werknemersorganisaties en werkgeversorganisaties in
een bepaalde sector
 Minister kan coa “algemeen verbindend” verklaren
 Geldt als wet voor alle partijen
 Voorbeeld: cao Sociaal Werk
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
lOMoARcPSD|3959416
Sociale zekerheid bij ziekte en arbeidsongeschiktheid
Sociale zekerheid bij werkloosheid, werk en ouderdom
Privacy, beroepsgeheim en tuchtrecht
Gedownload door Sanne-Romee Van Veluw (sanneromeevveluw@icloud.com)
Download