Scheikunde H9 samenvatting
Additie reactie  Dubbele binding klapt open
Additie polymerisatie
1) Initiatie fase
2) Propagatie fase
Vrij elektron dus
verder reageren
2 “stippen” (elektronen) vormen
binding
3) Terminatie fase
! Als ik een additie polymeer ga tekenen dan zet ik de C = C naast elkaar en de rest onder
elkaar/erboven !
Kan niet
2 elektronen dus binding
Ketting monomeer eenheden propeen:
Reactie vergelijking:
n x herhalen
1,4 additie: 1ste en 4de C klapt dubbele binding open  Nooit C=C naast elkaar

Vulkaniseren:
Na een 1,4 additie zitten er nog steeds dubbele bindingen. Door 5% van de massa zwavel
toe te voegen worden er zwavelbruggen gevormd tussen de S atomen bij elk polymeer.
Deze bindingen zijn atoombindingen. Op deze manier wordt rubber elastisch.
Condensatie reactie = ontstaan water
Alkanol + Alkaanzuur  vorming esters
Ester
Hydrolyse reactie = splitsen met water
Voorbeeld: geef de hydrolyse reactie van het ester methylpropanoaat:
Voorbeeld: geef een stukje polymeer 2-methylbut-2-een
Diol + dizuur  vorming polyesters
Dizuur + diamine  vorming polyamiden
De amide die ontstaat is een dimeer. Aan beide kanten zitten reactieve groepen. Wanneer
om een stukje wordt gevraagd laat je de reactieve groepen weg en plaats je een golfje.
Soorten kunststoffen:
Macro:
- thermoplast wordt zacht bij verwarmen
- thermoharder blijft hard bij verwarmen
Micro:
- thermoplast:
- thermoharder:
Netwerk structuur bestaande uit crosslinks
- Elastomeer = elastische kunststof (ook netwerk structuur)
- Composiet = gecombineerd uit 2 materialen om zo eigenschappen samen te voegen
Additieven:
- weekmakers = flexibel / rekbaar maken
- stabilisatoren = voorkomen dat kunststof ontleed
- vulstoffen = aanpassen eigenschap, sterker maken
- kleurstoffen = kleur aan kunststof geven
Thermoplast versterken. In de richting perfect van de vezel perfect uit elkaar gelegd.
Hierdoor liggen de polymeermoleculen over de hele lengte dicht bij elkaar waardoor de
vanderwaalsbindingen zeer sterk zijn. Je krijgt een heel sterk materiaal in de vezel richting.
Deze polymeren worden supervezels genoemd voorbeelden zijn Dyneema, kevlar en twaron.
Super absorberende polymeren
Het super absorberende polymeer wordt gevormd uit het monomeer acrylzuur
(propeenzuur). Door de instroom van urine lossen de Na+ ionen op en blijven er COO- ionen
over die elkaar afstoten en uit elkaar gaan. Hierdoor wordt het oppervlakte groter en kan er
meer urine worden opgenomen
Elektrisch geleidende polymeren
Elektrische geleiding bij polymeren treedt op wanneer er sprake is van een ‘geconjugeerd
systeem’ Een geconjugeerd systeem betekent dat dit soort polymeer moleculen afwisselend
een dubbele binding en een enkele binding hebben.
OF
Elke dubbele binding heeft een elektronenpaar dat zwakker gebonden is aan beide Catomen. Doormiddel van een spanningsbron kan er een spanningsverschil worden
aangebracht. Het gevolg is dat de zwakker gebonden elektronen vrij kunnen gaan bewegen.
Hierdoor is het mogelijk dat sommige polymeren stroom kunnen geleiden.