Week 1 Onderneming en Recht Voorgeschreven stof: The Lord’s Choir (informele vereniging) Een informele vereniging is een georganiseerd samenwerkingsverband met een eigen identiteit gericht op een bepaald doel en dat als eenheid aan rechtsverkeer deelneemt door zich als subject van rechten en plichten te gedragen. Omstandigheden die ertoe leiden dat men een samenwerkingsverband als informele verenging kan kwalificeren: - Aanwezigheid van een gezamenlijk doel Aanwezigheid van een bestuur en andere organen commissies Leden die contributie betalen Een eigen administratie Financiële zelfstandigheid Het zelfstandig sluiten van koopovereenkomsten Stappenplan IN STAPPEN: - 1. Wat zijn de relevante feiten in de casus (kort uit te schrijven/ tekenen) 2. Wat is het probleem ofwel de rechtsvraag (beknopt uitschrijven) 3. Welke rechtsregel(s) zijn hiervoor van belang (vermeld artikel nummers incl. lid) 4. Analyse van de rechtsregel(s) en toetsing van de feiten aan de rechtsregel(s) 5. Trek daaruit vervolgens een conclusie. Leerdoelen voor week 1 De student kan de verschillende bronnen van het ondernemingsrecht benoemen; - De student kan ondernemings- en rechtsvormen onderscheiden; De student kan de kenmerken van de verschillende rechtsvormen benoemen en onderscheiden; De student kan de vereisten voor het ontstaan of de oprichting van de verschillende rechtsvormen benoemen; De student kan herkennen of sprake is van een onderneming en of een inschrijvingsverplichting bij de Kamer van Koophandel bestaat en kan uitleggen wat het gevolg is indien daaraan niet wordt voldaan; De student kan aan de hand van een gesimplificeerde casus analyseren wie aansprakelijk is in de context van een B.V. in oprichting. Vraag 1 a. Is hier op enig moment sprake van een onderneming in de zin van art. 5 Hrgw jo. art. 2 Hrgb 2008? Motiveer uw antwoord met gebruikmaking van het stappenplan. Uit de casus blijkt dat Samantha sinds 2008 paarden verzorgt voor andere mensen in ruil tegen betaling. Tot 2016 is het aantal paarden uitgegroeid tot 23 paarden en ontvangt ze het geld hiervoor op een aparte bankrekening. Kan Samantha’s dienstverlening in ruil voor geld worden aangemerkt als een onderneming in de zin van art. 5 Hrgw jo. art. 2 Hrgb 2008? Uit art. 5 lid b Hrgw volgt dat ondernemingen die in Nederland gevestigd zijn en toebehoren aan natuurlijke personen, zoals Samantha, worden ingeschreven in het handelsregister. Op basis van dit artikel is er dus sprake van een onderneming. In art. 2 lid 1 Hrgb 2008 volgt dat er sprake is van een onderneming als een zelfstandige optredende organisatorische eenheid van één of meer personen bestaat waarin door voldoende inbreng van arbeid of middelen, ten behoeve van derden diensten of goederen worden geleverd of werken tot stand worden gebracht met het oogmerk daarmee materieel voordeel te behalen. Daar in de casus sprake van. Samantha levert namelijk een dienst door de paarden te verzorgen met het oogmerk daarmee materieel voordeel te behalen, namelijk de 70 euro per maand exclusief verzorgingskosten. Er is dus sprake van een onderneming vanaf het moment dat Samantha er in 2008 geld voor vroeg. b. Indien er sprake is van een onderneming, is dan ook sprake van een bepaalde organisatievorm of rechtsvorm? U dient de personenvennootschappen buiten beschouwing te laten. Een Nederlandse eenmanszaak (ez) is een bedrijfsvorm waarbij één persoon in alle opzichten verantwoordelijk is voor de onderneming, en wel rechtstreeks, niet als eigenaar/bestuurder van een besloten vennootschap (bv). De eenmanszaak heeft geen rechtspersoonlijkheid, het is een economische activiteit van de natuurlijke persoon die de onderneming drijft. c. Kan ‘Rijschool Buitenrust’ worden aangemerkt als een rechtsvorm? Motiveer uw antwoord met gebruikmaking van het stappenplan. U dient de personenvennootschappen buiten beschouwing te laten. 1. Wat zijn de relevante feiten in de casus (kort uit te schrijven/ tekenen) 2. Wat is het probleem ofwel de rechtsvraag (beknopt uitschrijven) 3. Welke rechtsregel(s) zijn hiervoor van belang (vermeld artikel nummers incl. lid) 4. Analyse van de rechtsregel(s) en toetsing van de feiten aan de rechtsregel(s) 5. Trek daaruit vervolgens een conclusie. d. Kan Samantha een gedeelte van haar onderneming ‘Buitenrust’ verkopen en overdragen om daarmee het vakantiehuis in Spanje te financieren? Waarom is dat wel/niet mogelijk? Dit is mogelijk, er is dan sprake van een besloten vennootschap en hierdoor kan Samantha een gedeelte van haar onderneming verkopen aan aandeelhouders. e. Is oprichting van een stichting mogelijk die vervolgens maandelijks voldoende ‘leefgeld’ aan Samantha zal uitkeren? Waarom is dit wel/niet mogelijk? Nee, want voor een stichting is pas sprake als er leden zijn en die zijn er niet. Ook moet het geld voor de stichting een doel hebben, Samantha’s vakantiegeld gaat hier niet voor op dus oprichting van een stichting is niet mogelijk. Vraag 2 a. Kan de verhuurder Evert aansprakelijk stellen voor het onbetaald laten van de huur als de BV de huurovereenkomst niet bekrachtigt? Nee, er is namelijk sprake van een entiteit als juridische jas die het vermogen van Evenaar beschermt. De entiteit is in dit geval de BV die de vermogens gescheiden houdt. b. Maakt het daarbij uit of de B.V. de huurovereenkomst na oprichting bekrachtigt? Dat maakt niet uit. c. En is een eventueel faillissement van de B.V. nog van invloed? Motiveer uw antwoord(en) met gebruikmaking van het stappenplan. 1. Wat zijn de relevante feiten in de casus (kort uit te schrijven/ tekenen) 2. Wat is het probleem ofwel de rechtsvraag (beknopt uitschrijven) 3. Welke rechtsregel(s) zijn hiervoor van belang (vermeld artikel nummers incl. lid) 4. Analyse van de rechtsregel(s) en toetsing van de feiten aan de rechtsregel(s) 5. Trek daaruit vervolgens een conclusie. d. Welke consequentie heeft niet-inschrijving van de B.V. in het handelsregister van de Kamer van Koophandel na oprichting van de B.V.? Dan is er geen sprake van een onderneming en dus geen sprake van een B.V. e. Stel dat de notariële akte waarbij ‘Vegasnacks B.V.’ is opgericht per abuis niet de statuten bevat. Welke consequenties heeft dit gebrek voor de opgerichte B.V.? Geen consequenties, het blijft een opgerichte B.V. f. Stel dat Evert geen B.V. opricht en alleen een vegasnackbar begint. Ook nu kan de huur niet worden betaald. We gaan ervan uit dat Evert de huurovereenkomst is aangegaan onder de naam ‘Vegasnackbar’. Wie kan de verhuurder aansprakelijk stellen voor het onbetaald laten van de huur? Is het daarbij relevant of de aansprakelijke persoon handelde in naam van een onderneming? Ja dat is relevant. Als Evert zelf de onderneming is aangegaan als natuurlijke persoon dan is hij zelf verantwoordelijk.