lOMoARcPSD|3912188 Alle Colleges PCCD Patient Centered Care Delivery (Erasmus Universiteit Rotterdam) Studeersnel wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of universiteit Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Colleges Patient-Centered Care Delivery In de komende weken zal duidelijk worden dat de context bij PCC van belang is. Opdat PCC nuttig zou zijn voor patiënten, moeten we rekening houden met verschillende settingen en verschillende contexten in de effectiviteit van PCC. In elk thema zullen we ons richten op de rol van deze verschillende contexten zoals de gemeenschap of de organisatorische context. College 1 Targets for theme 1 Students can analyze important theories and conceptual models concerning PCCD Students understand various models of PCC and know when to use them Students can explain the (lack of) effectiveness of PCC initiatives Students can apply important dimensions of PCC Students can analyze innovative programs that incorporate PCCD. Part A: What is patient-centered care? Patient-centered care delivery Institute of Medicine benoemde PCC in 2001 als een van de zes kwaliteitsdomeinen in de zorg. Doordat het vanaf toen als sleutelelement tot kwaliteit van zorg werd gezien is er veel onderzoek naar gedaan (beleid en strategie werden hierop gemaakt). Patiënten werden vanaf toen gezien als leiders van hun eigen zorg, bv door informed and shared-decision making het is een aanpak die de voorkeuren en patiëntperspectieven meeneemt in het zorgproces. We zijn het erover eens dat het belangrijk is om toe te passen, maar is het makkelijk om toe te passen? Is patient-centered care easy to deliver? 'Patiënten staan altijd centraal in onze zorgverlening' 'Patiëntgerichte zorg is onze topprioriteit' 'Elke beslissing wordt genomen met betrokkenheid van patiënten' o Deze citaten tonen aan dat patiënten niet alleen actief betrokken zijn bij de eigen zorg, maar ook bij de organisatie van de zorg (bv patiënten die deelnemen in managementteams). o Wordt nog maar weinig toegepast, patiënten vinden dat ze weinig inspraak hebben of niet serieus worden genomen. While 94% wants to participate, 48% of Dutch patients find it hard to take an active role in their care Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Patiënten worden verwacht een geïnformeerde en actieve rol te spelen bij het nemen van keuzen over de eigen zorg, maar patiënten vinden het vaak moeilijk hierin een actieve rol aan te nemen. Probleem: mensen willen wel meedoen, maar ervaren belemmeringen voor hun betrokkenheid. Barrières hierbij zijn dat artsen de patiënt niet altijd betrekken bij de keuzes; vertellen niet alle behandelingsmogelijkheden, patiënten weten niet altijd dat er een keus is en als professionals opties bespreken, doen ze dit niet altijd neutraal. In die zin kunnen patiënten dus inderdaad ervaren dat hun betrokkenheid niet echt gewenst is. Wat PCC onderscheidt, is dat het gaat om acties die worden ondernomen en samenwerking met patiënten en niet alleen namens hen. Het vereist dus van de zorgverleners dat zij de macht delen, zelfs wanneer dat voor hen een beetje ongemakkelijk voelt. Hoe komt het dat iedereen beweert patiëntgericht te zijn en patiëntgericht wil zijn, maar dat de realiteit een ander beeld laat zien? Healthcare professionals’ view on PCCD Heel vaak worden patiënten niet ondersteund om hun eigen doelen te stellen; het is de arts die het hen vertelt. Wanneer zij [patiënten] hun verhaal aan verschillende mensen vertellen, komt er andere informatie uit. Slechte communicatie, niet ineffectief en miscommunicatie is waarschijnlijk de belangrijkste reden waarom fouten gebeuren In Europe almost half of the population (47%) has trouble understanding healthcare information Artsen zijn zich vaak ook niet bewust van het feit dat de patiënt het niet snapt (gezondheidsgeletterdheid). Dit kan zijn in de communicatie tussen arts en patiënt, maar ook in informatiebrochures of medicatievoorschriften. Een derde van de Nederlandse patiëntenpopulatie begrijpt gezondheidsinformatie onvoldoende of is niet in staat die informatie te gebruiken op de manier waarop ze bedoeld is. Maar misschien nog zorgwekkender is dat zorgverleners zich er niet volledig van bewust zijn dat patiënten hen niet goed begrijpen. De meeste patiënten zeggen niet dat ze het niet begrijpen, maar luisteren alleen maar. We zijn ons steeds meer bewust van de noodzaak van diversiteit in de gezondheidszorg. Er is niet één soort zorg die het beste is voor bevolkingsgroepen, dus hebben we verschillende typen PCC nodig voor verschillende groepen in onze samenleving. Patient centered care is hard; we know it works but are clueless to what it looks like Organisaties die het goed doen op het gebied van patiëntgerichtheid, melden ook betere organisatorische en patiëntresultaten. Er zijn veel soorten interventies voor de implementatie van PCC. Het is belangrijk respectvol te zijn naar de patiënt en samen beslissingen te nemen, maar PCC is meer dan dat (welkom, familie betrekken, professionals kennen je persoonlijks etc.). Onderzoek naar meest voorkomende behandelingen: Van slechts 11% van de behandelingen is bewezen dat ze effectief zijn 24% is waarschijnlijk effectief 7% heeft zowel positieve als negatieve effecten 8% is waarschijnlijk niet effectief 50% is onbekend Hoewel wij ons bewust zijn van de verschillen tussen subgroepen van patiënten, stemmen wij onze zorg daar nog steeds niet doeltreffend op af. Zorg leveren is complex en we komen er meer en meer achter dat de context ertoe doet. Beweging van op autoriteit gebaseerde zorg (authority-based care) naar op bewijs gebaseerde geneeskunde (evidence-based medicine), leidend tot op context gebaseerde geneeskunde (context-based medicine) Authority-based care: beroepsbeoefenaren staan centraal in de besluitvorming op basis van hun bevoegdheid Dit is om na te gaan hoe zorg moet verschillen tussen de verschillende groepen in de samenleving. Meer context gebonden What patient-centered care really means Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 PCC is voor iedereen anders, iedereen vindt andere elementen belangrijk of wordt beïnvloed door andere dingen om hen heen. Part B: Eight dimensions of PCC Social production function theory. Het model laat zien hoe overall well-being – algemeen welzijn – wordt beïnvloed. Tegenwoordig lijkt de gezondheidszorg zich meer te richten op de fysieke aspecten van het welzijn, bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat het comfort efficiënt is. De gezondheidszorg heeft te weinig aandacht voor het sociale welzijn. Aandacht voor beide leidt tot effectievere zorg en betere resultaten voor de patiënt. Er is dus een uitdaging om ook in het sociale welzijn te investeren. Patient-centered care PCC als een van de elementen om de kwaliteit van zorg te verbeteren. Er bestaat een aanzienlijke consensus over de betekenis van patiëntgerichte zorg en ook een visie over hoe die eruit zou moeten zien. In het algemeen zeggen we dat PCC gezondheidszorg is die een partnerschap tot stand brengt tussen beoefenaars, patiënten en families om ervoor te zorgen dat beslissingen een behoeften en voorkeuren van patiënten respecteren. En ook dat patiënten de opleiding en steun krijgen die ze nodig hebben om beslissingen te nemen en deel te nemen aan hun eigen zorg. Een patiëntgerichte zorgverlening zou kunnen worden samengevat als het verlenen van zorg die de patiënt nodig heeft, op de manier die de patiënt wenst op het moment dat de patiënt het nodig heeft. Hoe PCC organiseren? PCC in een eerstelijnsgezondheidszorg setting Investeren in deze dimensies zal naar verwachting resulteren in betere resultaten voor organisaties en patiënten. Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Patient preferences: het is belangrijk dat professionals de patiënt begrijpen door de tijd te nemen om de patiënt als persoon te begrijpen en de waarden en voorkeuren te begrijpen (interactie tussen professional en patiënt). Het moet niet alleen gefocust zijn op de behandeling. Patiëntvoorkeuren kunnen veranderen over de tijd. Het gaat ook verder dan het bereiken van verbeterde zorg en gaat ook voorbij zorg over bijvoorbeeld life goals. Access to care: bv wachttijden, meerdere opties voor consultaties, toegankelijke gebouwen (voor mensen met een rolstoel). Emotional support: bv angst, depressie, bezorgdheid, constante pijn beïnvloed de kwaliteit van leven, peergroepen Physical comfort: tweezijdig 1. Behandelen van de klinische aspecten: pijn, slaapproblemen 2. Comfort op organisatieniveau (tijdens de behandeling): schone wachtruimten, een comfortabele stoel, chemogarden Family and friends: zorg kan worden verbeterd door familie en vrienden erbij te betrekken, bv Ronald McDonald House Information and education: verstrekken van voldoende informatie over alle aspecten, bv toegang tot eigen informatie, vergemakkelijken van informatie Continuity and transition: de keten van de ene zorginstelling naar de andere moet zo naadloos mogelijk zijn. Coordination of care: teamwerk is essentieel. Een case-manager die zorgt dat alle zorg goed wordt gecoördineerd. Je kant niet twee of drie dimensies kiezen en die verbeteren, je moet alle dimensies verbeteren om meer patient centrered te worden. Het is niet zo makkelijk als het lijkt. PCC for patients with multimorbidity in the primary care setting Verbeterprogramma in huisartsenpraktijken Ervaringen van zorgverleners en patiënten Diverse patiëntgerichte interventies Drie vragen die patiënten kunnen stellen aan professionals zijn: - Wat zijn mijn mogelijkheden? - Wat zijn de voordelen en nadelen van die mogelijkheden? - Wat betekent dat in mijn situatie? Patient-perceived quality of patient-centered care Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 PCC is significant verbeterd nadat het verbeterde programma was ingevoerd. Niet alle dimensies verbeterden in de loop van de tijd, en meer specifiek ervaarden patiënten een significante verbetering in fysiek comfort, emotioneel comfort, continuïteit en overgang en familie en vrienden. Experiences of healthcare professionals with PCC improvement Investeren in alle dimensies is nodig om de zorgverlening af te stemmen op de diverse populaties van patiënten met multimorbiditeit en ook op de verschillende zorgbehoeften van de bevolking. Views of patients with multimorbidity Willen de baas zorgverlening zijn over hun eigen Alledaagse patiënten die de huisartsenpraktijk bezoeken en goed gecoördineerde, respectvolle en ondersteunde zorg nodig hebben (lijken minder op de hoogte te zijn van de omstandigheden dan viewpoint 1) Zijn minder bedreven in financiële communicatie, zijn minder goed in staat informatie te begrijpen. Professionals nemen vaak de leiding. Niet alle patiënten hebben dezelfde zorg nodig. Het is belangrijk om naar de diversiteit te kijken. To conclude We kunnen concluderen dat patiëntgerichte zorg loont, maar ook zeer complex is om in de praktijk te implementeren en te evalueren. Part C: Conceptual model of PCC Conceptual model of PCC (Rather et al., 2012) Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 In dit model linken ze de dimensies/PCC processen aan de uitkomsten. Een moderator is een derde variabele die de richting of de sterkte van het verband tussen een onafhankelijke variabele beïnvloedt o Een moderator verklaart dus de voorwaarden waaronder de onafhankelijke variabele of ook wel de voorspellende variabele genoemd, de uitkomsten beïnvloedt. Een moderator kan de sterkte of de richting van de relatie tussen twee variabelen veranderen Bv: De verwachtingen van patiënten blijken een moderatorrol te spelen in de relatie tussen PCC en uitkomsten. De impact van PCC op patiënten uitkomsten kan gemodereerd worden door de verwachtingen van de patiënten over de behandeling. Patiënten met positieve verwachtingen halen meer uit een behandeling dan patiënten met lage verwachtingen Een mediator verklaart het mechanisme dat ten grondslag ligt aan een waargenomen relatie tussen een onafhankelijke variabele en een afhankelijke variabele o Als een patiënt meerdere opties heeft die allemaal goed zijn, en zijn voorkeuren worden meegenomen bij de beslissing, zal de patiënt dit beter naleven en dus ook betere klinische uitkomsten krijgen. o Zelfmanagement is hierin vaak ook belangrijk Door de moderators en mediators te identificeren vergroten we ons bewustzijn van de processen van PCC en hoe en onder welke condities ze bepaalde uitkomsten veroorzaken. Evidence-based and patient-centered care (Lacy & Backer, 2008) Either Or Model: zorg is of evidence based of patient-centered Integrated Model: gaat om het overlappende EBPCC waarin bewijs, voorkeuren en klinische beoordeling worden meegenomen in de zorg Continuum Model: zorg kan variëren van compleet EB tot PCC. Best-practice is het midden waarin beide aan bod komt Cyclical Model: het is een proces van PCC naar EB en terug naar PCC. Dit wordt gezien als iteratief proces tussen de twee soorten aanpak. Het gaat om het gebruik van beide en de afwisseling daartussen. Verschillende visies of EB en PCC elkaar uitsluiten of solidair zijn. Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 College 2 In PCCD wordt gedeelde besluitvorming (SDM) algemeen bepleit als de voorkeursvorm van medische besluitvorming. SDM wordt ondersteund met verwijzing naar de autonomie van de patiënt, een van de pijlers van de medische ethiek, zonder de patiënt in de steek te laten of de mogelijkheid op te geven om invloed uit te oefenen op de manier waarop de patiënt wordt geholpen. Daarom wordt SDM voorgesteld als een aantrekkelijk besluitvormingsmodel, in tegenstelling tot de meer extreme modellen van paternalisme en consumentisme. Het wordt echter op veel verschillende manieren gedefinieerd. Er zal een overzicht worden gegeven van de essentie van SDM en de aantrekkelijkheid ervan zal worden toegelicht vanuit ethisch, economisch, epidemiologisch en klinisch oogpunt. Aangezien ook naar voren wordt gebracht dat het model voor bepaalde (groepen) patiënten in bepaalde omstandigheden minder geschikt kan zijn, zal een analyse worden gegeven van de voorwaarden waaronder SDM met succes kan worden toegepast. Doelen voor thema 2 Studenten hebben een begrip van SDM Studenten kunnen de voor- en nadelen van SDM beargumenteren in vergelijking met andere medische besluitvormingsmodellen Studenten kunnen de (beperkte) toepasbaarheid van SDM uitleggen Studenten kunnen de moeilijkheden bij het in de praktijk brengen van SDM beargumenteren Studenten begrijpen de huidige (internationale) bescherming van patiëntenrechten en de onderliggende principes Watch before college: https://www.youtube.com/watch?v=_e0RkVrqQII Shared (Medical) Decision- Making S(M)DM: what? Enorme hoeveelheid literatuur over het onderwerp sinds ca. 1982 Besluitvormingsmodel gesitueerd op een continuüm tussen twee uitersten: paternalisme en consumentisme (geïnformeerde keuze) o Paternalisme: de zorgverlener beslist alles o Consumentisme: geïnformeerde keuze/ de patiënt heeft het laatste woord Talrijke definities en beschrijvingen. Essentiële punten: probleem definiëren/uitleggen, opties presenteren, voor- en tegens bespreken (voordelen, risico's, kosten), waarden/voorkeuren van patiënt, bekwaamheid/zelfredzaamheid van patiënt bespreken, kennis arts/aanbevelingen, begrip controleren/verduidelijken, beslissing nemen of expliciet uitstellen, follow-up regelen. o Kort: 1. Er is uitwisseling van informatie tussen een patiënt en zijn arts, medische (door de arts) en persoonlijke informatie (door de patiënt) inbegrepen (choice talk). 2. Mogelijke opties en uitkomsten worden door patiënt en arts besproken en overwogen (option talk) 3. Arts en patiënt bereiken consensus over wat er moet gebeuren (decision talk). o Merk op dat er niet één route lijkt te zijn. S(M)DM: why? Ethici: o Het recht van patiënten om te bepalen wat er met hun lichaam gebeurt is vanzelfsprekend. S(M)DM vergroot de autonomie van de patiënt. Autonomie: een beginsel dat in hole medische ethische theorieën als een zeer belangrijk beginsel wordt aangemerkt. Respect voor autonomie is iets dat in de medische ethiek als cruciaal wordt beschouwd. Economen: o Toename van de macht van de consument is een middel om de zorgverleners aan de tucht van de markt te onderwerpen. S(M)DM zal de kosteneffectiviteit verhogen. Economen zijn ervan overtuigd dat gedeelde besluitvorming de kosteneffectiviteit verhoogt Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Epidemiologen: o Patiënten hebben een bijna universeel verlangen om geïnformeerd te worden en om op een of andere manier betrokken te worden bij de behandeling. Het is geen ideaal of principe, het is iets dat bestaat Clinici: o Meer actieve betrokkenheid van patiënten bij het besluitvormingsproces verbetert de behandelrelatie met betere uitkomsten als gevolg: betere therapietrouw van patiënten, meer tevredenheid, betere klinische uitkomsten. Het helpt vertrouwen te scheppen Overigens beschouwen sommige auteurs gezamenlijke uitvoering (joint execution) als het 4e essentiële element van S(M)DM Possible objections: o Opties kunnen schadelijk zijn voor patiënten die moeilijkheden ondervinden bij het nemen van beslissingen. Opties kunnen leiden tot een groeiend besef van gemiste kansen. De bewustwording van gemiste kansen. o Patiënten kunnen het moeilijk vinden om uitkomsten te waarderen omdat ze niet kunnen voorzien hoe ze zichzelf aan uitkomsten zullen aanpassen. o Keuze en inspraak wekken verwachtingen. Teleurstelling en ontevredenheid liggen in het verschiet wanneer de klinische realiteit niet aan de verwachtingen voldoet. S(M)DM: when? S(M)DM wordt wijd en zijd gepropageerd maar zelden in praktijk gebracht in de dagelijkse gezondheidszorg. Soms kunnen goede verklaringen worden gegeven voor dit fenomeen (dominante dokters, volgzame patiënten (zelfs personen die echt assertief zijn veranderen wanneer zij ziek worden), tijdgebrek, stress, gebrek aan vaardigheden, communicatieproblemen (b.v. niet dezelfde graad van opleiding), enz.) Het is echter ook waarschijnlijk dat niet elke situatie zich leent voor S(M)DM). S(M)DM lijkt meer geschikt voor sommige patiëntengroepen en minder voor andere. o Meer: Voor relatief gezonde patiënten (bijvoorbeeld preventieconsulten) zeer bekwaam Voor patiënten met actieve coping vaardigheden Voor patiënten met chronische aandoeningen o Minder: Voor oudere patiënten. Voor laag opgeleide patiënten. Voor patiënten met acute of zeer ernstige somatische problemen. Voor patiënten die minder ingrijpende beslissingen moeten nemen (minimaal invasieve behandeling, weinig risico's, hoge mate van zekerheid over uitkomst). Voor patiënten met psychische problemen? Of: S(M)DM lijkt vooral geschikt in bepaalde omstandigheden, d.w.z. in situaties waarin o Er onzekerheid is over de doeltreffendheid of het resultaat, o Risico's en voordelen aanzienlijk of gelijk zijn, o De patiënt bereid en in staat is om actief deel te nemen, en o De patiënt in staat is om de afwegingen te begrijpen en te beoordelen (bijvoorbeeld het voorschrijven van een geneesmiddel buiten het etiket: dit is toegestaan, maar alleen als de patiënt is geïnformeerd en als hij met de arts heeft ingestemd om dat geneesmiddel te krijgen). o S(M)DM lijkt perfect te passen in de veranderende prioriteiten in de gezondheidszorg, de verschuiving van acute naar chronische zorg, en van genezing (van ziekten) naar management (van chronische ziekten). Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 S(M)DM: its obstacles? Gebrek aan middelen (tijd, geld) o Meer patiënten zien in minder tijd is rendabel (winstgevend). o Implementatie van S(M)DM is kostbaar. Angst voor verlies van professionele autonomie o Artsen zijn gewoontedieren. Zij kunnen een bepaalde opvatting hebben over hun autonomie. Zij (professionals) maken deel uit van een groep die haar eigen regels mag maken. SDM veroorzaakt verlies van zijn professionele autonomie. Slechte communicatie o Het geven van informatie over risico's en mogelijke uitkomsten kan uiterst moeilijk zijn. Behoeften en verwachtingen van patiënten o Geloof onder artsen dat patiënten niet volledig geïnformeerd willen worden en weinig behoefte hebben aan voortdurende actieve participatie. o Voorkeuren van patiënten voor actieve participatie variëren wel degelijk. Niet alle patiënten zijn even bereid om actief deel te nemen aan gedeelde besluitvorming. o S(M)DM moet ook een keuze zijn! Je kunt het niet verplichten; de arts moet het aanbieden. S(M)DM: its requirements? 1. Hervormd (Nederlands) gezondheidszorgstelsel en onderliggende wetgeving lijken consumentisme te bevorderen. De wetgeving zal moeten veranderen (geïnformeerde toestemming). 2. Bereidheid om te investeren in de ontwikkeling van keuzehulpen, zelfhulp, patiëntenondersteuningsgroepen, casemanagement. 3. Aandacht voor S(M)DM in opleidingsprogramma's van artsen, investering in ontwikkeling van S(M)DMvaardigheden, ook van de kant van patiënten. 4. Verdere verspreiding van de perceptie dat S(M)DM een positieve invloed heeft op het gehele klinische proces. 5. De wil van clinici om S(M)DM te beoefenen waar mogelijk. S(M)DM: in The Netherlands Nederlandse Patiëntenfederatie, rapport over S(M)DM, augustus 2017 o Vragenlijst (n=7884) o 53% vrouw, 47% man o Leeftijd: 63 jaar (gemiddeld) o 44% hoger opgeleid o 83% één of meer chronische aandoeningen Resultaten en aanbevelingen o 94% wil S(M)DM (67% altijd, 27% niet altijd) o Behoefte aan S(M)DM wordt het sterkst gevoeld bij patiënten met levensbedreigende, chronische of zeldzame aandoeningen. o SDM in minder dan 50% van alle contacten o 1 op 7 patiënten voelt zich volledig buitengesloten in het besluitvormingsproces. o 4 op de 10 vinden dat er niet genoeg is gezegd over behandeling en zorg op maat van hun situatie of voorkeuren. o o o o 90% vindt dat zij een waardevolle bijdrage kunnen leveren in gesprekken met zorgverlener. 15% was totaal niet op de hoogte van de mogelijkheid van gedeelde besluitvorming. In 61% van alle contacten wordt geen aanvullende informatie gegeven door zorgverlener. In 70% van alle contacten gaan patiënten zelf op zoek naar aanvullende informatie. • 40% van alle patiënten ervaart stress tijdens gesprekken met zorgverlener (22% van deze patiënten vindt dat zorgverlener totaal geen rekening houdt met stress). • • • Vergroten van bewustzijn S(M)DM integraal onderdeel van het consult Stimuleren gebruik hulpmiddelen, verwijzen naar aanvullende informatie Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 • o S(M)DM geen truc maar een mentaliteit Artsen moeten de patiënt serieus nemen. Ze moeten die patiënt kunnen zien als een expert op zich. De arts is de deskundige en kan u opties aanbieden, wat zijn de alternatieven, maar van de keuze wordt verwacht dat hij relevante informatie geeft. Er staat in de wet niets over SDM, hier kun je dus geen recht aan onttrekken. Tegenwoordig is er recht op overleg tegenover de patiënt. Verder is er weinig in het recht behalve informed consent en SDM is altijd informed consent. Als de patiënt niet competent is om mee te beslissen moet je dit doen met een andere partijen/vertegenwoordiger. Simple consent: je geeft aan wat je gaat doen en dit is de behandeling Informed consent: je gaat in gesprek met de patiënt; voor- en nadelen etc. bespreken Shared decision making: je gaat met elkaar in gesprek en komt samen tot een beslissing Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 College 3 Slechte interactie tussen zorgverleners met verschillende beroepsachtergronden brengt vaak de levering van PCC in het gedrang. Inadequate communicatie tussen professionals leidt tot gebrek aan respect en het toewijzen van schuld, waardoor versnippering van zorg wordt versterkt in plaats van interdisciplinaire samenwerking. Interdisciplinaire samenwerking gekenmerkt door coördinatie en communicatie tussen verschillende professionals is nodig om de kwaliteit van de zorg te verbeteren en PCCD te versterken, die zoals bekend grotendeels afhangt van het bestaan van goed voorbereide, proactieve multidisciplinaire teams. Tijdens deze lezing zal aandacht worden besteed aan de relaties tussen interprofessionele samenwerking, relationele coördinatie tussen teamleden, teamklimaat en kwaliteit van zorgverlening en/of PCCD in verschillende gezondheidszorgomgevingen. Naast theorieën (zoals relationele coördinatie) en conceptuele modellen (zoals het Chronic Care Model) worden empirische bevindingen besproken. De verschuiving van acute naar chronische zorg wordt besproken en hoe dit leidt tot veranderende eisen van patiënten, veranderende rollen en verwachtingen van patiënten (bijv. een actievere rol, zelfzorg en zelfmanagement) en dat dit vraagt om een andere interactie tussen professionals en patiënten, en een andere aanpak in de organisatie van de zorgverlening om PCCD te verbeteren. Doelen De studenten kunnen theorieën, concepten, instrumenten en modellen uit de literatuur analyseren en toepassen om uit te leggen hoe de organisatie van de zorgverlening en de interprofessionele samenwerking bijdragen aan PCCD. Studenten kunnen uitleggen waarom (complexe) systeemveranderingen nodig zijn in plaats van incrementele veranderingen in de zorgverlening alleen. Studenten begrijpen (mogelijke) onderliggende mechanismen die (gebrek aan) effectiviteit van complexe zorgprogramma’s verklaren. Studenten kunnen een complex vraagstuk in PCCD analyseren aan de hand van verschillende organisatorische concepten, zoals relationele coördinatie, leiderschap, werkplekkenstructuur en cultuur. Part A: The importance of system changes in care delivery De verschuiving van meer acute naar chronische zorgverlening leidt tot veranderende eisen, regels en verwachtingen van patiënten. Het gaat bijvoorbeeld om een actievere rol in het zorgproces en een grotere nadruk op zelfzorg en zelfmanagement. Deze verschuiving vereist andere interacties tussen zorgverleners en patiënten. En ook een andere aanpak in de organisatie van de zorg. Ik zal het hebben over de noodzaak om het huidige gezondheidszorgsysteem te transformeren om kwalitatief betere zorg te kunnen leveren aan patiënten met chronische aandoeningen en andere complexe behoeften. De CCM identificeert centrale elementen van het gezondheidszorgsysteem die zorg van hoge kwaliteit voor chronisch zieken bevorderen. Context Prevalentie van chronische ziekten neemt toe o Snelle vergrijzing o Langere levensduur van personen met chronische aandoeningen (en comorbiditeit) Veel patiënten ontvangen geen passende zorg o Zelfmanagement onder de patiënten blijft ook lastig Huidige systemen zijn ontworpen om acute gezondheidsproblemen aan te pakken (gefragmenteerd en reactief) o De organisatie zoals we deze nu kennen past niet bij complexe ziekten of bij mensen met comorbiditeit omdat er vaak geïsoleerd gewerkt wordt. o Daarnaast is zorg ‘reactief’, dus er wordt pas gereageerd wanneer iemand ziek is. Weinig focus op preventie. o Deze structuur en ineffectieve hulp, helpt niet bij mensen met ‘ongoing’ gezondheidsproblemen. Door inadequate en inefficiënte zorg neemt de kwaliteit van leven af bij mensen met complexe behoeften. Professionals en chronisch zieke patiënten erkennen steeds meer de tekortkomingen in de chronische zorgverlening Acute versus chronic care roles Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 De tijdsduur van een ziekte veranderd de soort relatie dat nodig is tussen patiënt en zorgverlener. Bij chronische ziekten is zelfmanagement dus erg belangrijk. Zelfmanagement kan gezien worden als een proces waarbij de patiënt omgaat met de chronische ziekte, binnen de context van hun dagelijkse leven. De professional kan bijdragen door doelen te stellen of probleemoplossend vermogen van de patiënt te vergroten. Bij chronische ziekten is er sprake van shared-expertise: professionals zijn de experts over de behandelingen die effectief kunnen zijn, terwijl patiënten de expert zijn van hun dagelijkse leven. What do patients with chronic conditions need? Een “continuous relationship” (om ervoor te zorgen dat patiënten goede behandeling krijgen en ervoor te zorgen dat de ziekte optimaal wordt gecontroleerd) met een zorgteam en een praktijksysteem georganiseerd om aan hun behoeften te voldoen voor: Effectieve behandeling (klinisch, gedragsmatig, ondersteunend) Informatie en ondersteuning voor hun zelfmanagement Intensiever zelfmanagement Coördinatie van zorg tussen settingen en professionals Systematische follow-up en beoordeling afgestemd op klinische ernst What kind of changes are needed? Quality of chronic care: The importance of system changes Het IOM Kwaliteitsrapport: Een Nieuw Gezondheidssysteem voor de 21ste Eeuw "Een hoger kwaliteitsniveau kan niet worden bereikt door de huidige zorgsystemen verder te belasten. De huidige zorgsystemen kunnen de klus niet klaren" "Harder proberen zal niet werken. Veranderen van zorgsystemen wel" o De systemen zelf zullen aangepast moeten worden en niet het individu in het systeem. Fundamentele praktijkverandering Uit evaluaties van interventies bij verschillende aandoeningen blijkt dat de effectieve veranderingen in de praktijk bij alle aandoeningen vergelijkbaar zijn. 1. Interventies die gericht zijn op het gedrag van zorgprofessionals 2. Interventies die gericht zijn op patiënten: vergroten van kennis en zelfmanagementvaardigheden 3. Gericht op de inrichting van zorgpraktijken: reorganiseren van praktijkteams, door het opnemen van een nurse practioner 4. Deze interventies richten zich op het leveren van zorg door het praktijkteam 5. Reorganiseren van de structuur van de zorg door het implementeren van continue follow up 6. Verbetering van klinische informatiesystemen: met inbegrip van herinneringen aan zorgverleners Geen enkele interventie lijkt een groot verschil te maken of de kwaliteit van de zorg te verbeteren. Interventies die zich richten op meerdere categorieën, alomvattende systeemverandering, lijken dus het verschil te maken. Alomvattende interventies waarbij praktijkteams betrokken zijn, die spanning bieden aan zorgverleners en patiënt en gericht zijn op de inrichting van het systeem, lijken het meest effectief te zijn. Geïntegreerde veranderingen met componenten gericht op: Beïnvloeding van het gedrag van artsen, Beter gebruik van niet-dokters teamleden, Verbeteringen aan informatiesystemen, Geplande ontmoetingen, Zelf-management ondersteuning, en Zorgmanagement voor hoog-risico patiënten Hoe meer van de elementen worden opgenomen, hoe beter dit blijkt te zijn voor de uitkomsten. The Chronic Care Model (CCM) is ontwikkeld om richting te geven aan kwaliteitsverbetering in de zorg voor mensen met chronische aandoeningen Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Dit model stelt de her organisatie voor van het systeem van een meer gefragmenteerde en reactief systeem, naar een meer proactieve en geïntegreerd zorgsysteem. Om de uitkomsten te verbeteren zijn er systeemverbeteringen nodig op verschillende niveaus (zie figuur). Het idee achter dit model is dat goede uitkomsten onderin, voortkomen uit productieve interactie tussen professionals en patiënten. Daarvoor moet het dus wel eerst hervormd worden. Essential element for good chronic illness care Productive interactions Productief betekent dat zorg systematisch wordt geleverd en gebaseerd is op bewijs, terwijl dit overeenkomt met de behoeften van de patiënt. Goede chronisch zorg wordt gekarakteriseerd door productieve interactie tussen professionals en patiënt en deze productieve interacties worden ook wel het hart van PCCD genoemd. De voorkeuren en behoeften van de patiënt moeten worden gerespecteerd, de patiënt moet worden betrokken bij het besluitvormingsproces en de zorg moet worden toegesneden op optimale resultaten voor de patiënt. What characterizes an “informed, activated patient”? Patiënten beschikken over de motivatie, de informatie, de vaardigheden en het vertrouwen die nodig zijn om effectief beslissingen te nemen over hun gezondheid en deze te beheren What characterizes a “prepared, proactive practice team”? Teams van gezondheidswerkers beschikken over de nodige patiënten informatie, beslissingsondersteuning, tijd en middelen om hoogwaardige zorg te verlenen. How can you recognize productive interactions? Het komt er dus op neer dat patiënten behoefte hebben aan wetenschappelijk onderbouwde informatie en doeltreffende ondersteuning om goede zelfzorgers te worden. o Beoordeling van zelfmanagementvaardigheden, zelfvertrouwen en klinische status o Op maat maken van klinisch management o Gezamenlijk doelen stellen en problemen oplossen resulterend in een gezamenlijk zorgplan o Actieve, langdurige follow-up Essentie van deze productieve interactie tussen patiënten en professionals: de behandeling moet worden afgestemd op de behoeften van de patiënt. Self-management support (Deze staat tussen community (denk aan peer-support groepen) en Health system in) Doel: patiënten in staat stellen en voorbereiden om hun gezondheid en gezondheidszorg te beheren Benadrukken van de centrale rol van de patiënt in het beheren van zijn gezondheid Effectieve strategieën gebruiken ter ondersteuning van zelfmanagement Organiseren van interne en community hulpbronnen Delivery system design (ontwerp afleversysteem) Doel: de verlening van geplande, doeltreffende en doelmatige zorg en ondersteuning van zelfmanagement waarborgen Rollen definiëren en taken verdelen onder teamleden Gebruik geplande interacties om evidence-based zorg te ondersteunen Zorg voor casemanagementdiensten voor complexe patiënten Zorg voor regelmatige follow-up door het zorgteam o Dit kan een simpel telefoontje zijn Zorg verlenen die patiënten begrijpen en past bij culturele achtergrond Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Dit gaat dus eigenlijk over hoe professionals werken en wat ze doen om bij te dragen aan een hoge kwaliteit van zorg. Dit vereist niet alleen welke zorg nodig is. Dit gaat ook over de taken en rollen binnen het systeem. Decision support Doel: Klinische zorg bevorderen die in overeenstemming is met wetenschappelijk bewijs en de voorkeuren van de patiënt. Empirisch onderbouwde richtsnoeren in de dagelijkse klinische praktijk opnemen Integreer specialistische expertise en eerstelijnszorg o Zorgen dat huisartsen informatie hebben over specifieke groepen patiënten Gebruik beproefde educatiemethoden voor zorgverleners Deel richtlijnen en informatie met patiënten o Hierdoor kunnen patiënten beter begrijpen waarom een behandeling nodig is of waarom iets wordt aanbevolen. Clinical information systems Doel: Organiseren van patiënten- en populatiegegevens om efficiënte en effectieve zorg mogelijk te maken. Informatiesystemen die de toegang tot belangrijke patiëntgegevens waarborgen. Dit zorgt ervoor dat de zorg kan worden gepland, geleverd en gecontroleerd. Zorg voor tijdige herinneringen voor zorgverleners en patiënten Identificeer relevante subpopulaties voor proactieve zorg Individuele zorgplanning voor patiënten vergemakkelijken Informatie delen om zorg te coördineren Prestaties van praktijkteam en zorgsysteem monitoren De bovengenoemde vier elementen van CCM zijn op het niveau van individuele praktijken, zoals huisartsen die weer onderdeel kunnen zijn van een zorggroep. Health system – Healthcare organization Doel: ervoor zorgen dat praktijken binnen de organisatie de motivatie, steun en middelen krijgen die nodig zijn om hun zorgsystemen opnieuw te ontwerpen Zichtbare steun voor verbetering op alle niveaus van de organisatie Bevorder effectieve verbeteringsstrategieën gericht op alomvattende systeemverandering Prikkels te geven op basis van de kwaliteit van de zorg Stimuleer een open en systematische aanpak van problemen Ontwikkel afspraken die zorgcoördinatie binnen en tussen organisaties vergemakkelijken Community – Resources and policies Doel: patiënten helpen toegang te krijgen tot doeltreffende en nuttige diensten en hulpmiddelen in hun omgeving Patiënten aanmoedigen om deel te nemen aan effectieve gemeenschapsprogramma's Partnerschappen aangaan met organisaties in de gemeenschap om interventies te ondersteunen en te ontwikkelen die lacunes in de benodigde diensten opvullen Pleiten voor beleid om de patiëntenzorg te verbeteren Does the CCM work? Evidence: An example of a meta-analysis of interventions to improve chronic illness Includes 112 studies, most RCTs (27 asthma, 21 CHF, 33 depressions, 31 diabetes) Interventions that contained one or more CCM elements improved clinical outcomes and processes of care 30-60% improvement in the process of care 10-15% improvement in clinical outcomes, across all of these studies Eerstelijnszorg voor kwetsbare ouderen die is afgestemd op het CCM werd geassocieerd met hogere kwaliteitsniveaus. Example of a redesigned care system based on elements of the CCM zie video. Samen oud: steeds meer ouderen met meer zorgbehoefte (zorgmodel sluit daar nu niet goed op aan). Je moet dan naar meerdere specialisten per jaar. Ze maken een plan op maat met een ouderenzorgteam. Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Kortom, systeemveranderingen zijn noodzakelijk om doeltreffende zorg te kunnen verlenen aan patiënten met chronische aandoeningen en patiënten met andere complexe behoeften. En dit model is een van de meest prominente modellen om kwaliteitsverbetering te sturen. Maar het wordt ook bekritiseerd vanwege de beperkte aandacht voor bijvoorbeeld de rol van de gemeenschap in gezondheid en welzijn. Part B: The importance of interprofessional collaboration Kwaliteit van chronische zorg: Het belang van interprofessionele samenwerking The IOM Quality report: A New Health System for the 21st Century "Het huidige systeem vertoont te weinig samenwerking en teamwork. In plaats daarvan heeft elke discipline en elk type organisatie de neiging zijn autoriteit te verdedigen ten koste van het functioneren van het totale systeem" "Patiënten lijden onder verlies van continuïteit, redundantie, excessieve kosten, en miscommunicatie. Patiënten en families melden vaak dat zorgverleners hun werk niet lijken te coördineren, of zelfs maar lijken te weten wat anderen aan het doen zijn". Focus en goede communicatie tussen leden van het team en alle expertise en kennis gebruiken is een van de cruciale punten van goede zorg. Alleen het systeem veranderen is niet genoeg, we moeten ook focussen op samenwerking en coördinatie van professionals. Beroepsbeoefenaren moeten dus actief samenwerken en communiceren om te zorgen voor een doeltreffende uitwisseling van informatie en coördinatie van de zorg. Het fundamentele probleem is een gebrek aan coördinatie. Dit wordt vaak veroorzaakt door de specialisatie van de professionals waardoor ze anders werken. Physicians recognize the problem “The communication line just wasn’t there. We thought it was, but it wasn’t. We talk to nurses every day, but we aren’t really communicating” Nurses observe the problem “Miscommunication between the physician and the nurse is common because so many things are happening so quickly. But because patients are in and out so quickly, it’s even more important to communicate well” Patient care: A coordination challenge Relaties tussen disciplines beïnvloeden de communicatie tussen de professionals. Theory of relational coordination Coördinatie van het werk via relaties van gedeelde doelstellingen, gedeelde kennis en wederzijds respect Shared goals o Zorgt voor motivatie en meer focus op oplossingen Shared knowledge o Hierdoor weten de professionals hoe hun eigen taken in relatie staan tot andere taken van andere disciplines. Mutual respect o Hierdoor zullen ze de communicatie meer respecteren. Relationele dimensies versterken en worden versterkt door dimensies van communicatie: Frequency – frequentie Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Timeliness – tijdigheid Accuracy – nauwkeurigheid Problem-solving – problemen oplossen Relaties geven vorm aan de communicatie waardoor coördinatie plaatsvindt ... For better… Or for worse… Hierdoor kunnen ze hogere kwaliteit van zorg leveren. Het kan ook een negatieve cyclus opleveren wanneer professionals meer op individueel niveau denken en werken en niet hoe dit past in een breder perspectief. Theory of relational coordination Relationele coördinatie kan derhalve worden omschreven als "een wederzijds versterkend proces van communiceren en relateren met het oog op taakintegratie". Organizational structures that support relational coordination Organisatorische structuren hebben invloed op relationele coördinatie (dit kan zowel positief als negatief uitpakken) en dit heeft weer invloed op de uitkomsten. Selecteer en train voor teamwork Gedeelde verantwoordelijkheid en beloningen Gedeelde conflictoplossing Leider & supervisor rollen Boundary spanner rollen Relationeel functieontwerp Teamvergaderingen Gedeelde protocollen Gedeelde informatiesystemen Gittell beschrijft verschillende werkpraktijken die de relationele coördinatie kunnen verbeteren. Bijvoorbeeld: selectie, prestatiemeting, beloningen, vergaderingen, conflictoplossing, grensverleggers Relational coordination at several levels Relationele coproductie: relationele afstemming tussen zorgprofessionals en patiënten. - Relationele coproductie (Jody) is in essentie hetzelfde als productieve interactie van CCM. Relationeel leiderschap: relationele afstemming tussen managers en professionals. Impact of relational coordination Verbeteringen in patiëntgerelateerde uitkomsten, zoals zorgkwaliteit, welzijn, tevredenheid over de zorg Verbeteringen in beroepsgerelateerde uitkomsten, waaronder tevredenheid over het werk Gemengde resultaten op organisatorisch niveau Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 College 5 Het voortbestaan van sociaaleconomische ongelijkheden op gezondheidsgebied, zelfs in de hoogontwikkelde "welvaartsstaten" van West-Europa, is een van de grote teleurstellingen op het gebied van de volksgezondheid. De ongelijkheid op gezondheidsgebied is niet alleen blijven bestaan toen de verzorgingsstaten werden opgebouwd, maar is in sommige opzichten zelfs groter geworden, en is niet kleiner geworden in Europese landen met royalere verzorgingsregelingen. Een slechte gezondheid, chronische ziekten en functionele beperkingen komen ook veel vaker voor onder bepaalde immigrantenpopulaties en mensen met een lage sociaaleconomische status. Zelfmanagementvaardigheden en gezondheidsgedragingen, zoals roken, eetgewoonten en lichaamsbeweging, spelen een cruciale rol bij deze gezondheidsproblemen en verschillen tussen immigranten en autochtonen en mensen met een hoge of lage sociaaleconomische status . Socioculturele verschillen maken het voor zorgorganisaties extra moeilijk om deze groepen effectief te bereiken. Hoger opgeleide patiënten en patiënten met een betere zelfredzaamheid en/of zelfmanagementvaardigheden ontvangen betere zorg. Tijdens dit thema worden empirische bevindingen en theorieën over hardnekkige gezondheidsongelijkheden en de noodzaak van diversiteit in de zorgverlening gepresenteerd. Daarnaast wordt aandacht besteed aan de Sociale Productiefunctie theorie over hoe welzijn te produceren, zelfmanagementvaardigheden om welzijn te behouden en hun implicaties voor PCCD en kwaliteit van zorg. Leerdoelen: Studenten kunnen uitleggen hoe de context/kenmerken van de patiënt (bijv. sociaaleconomische status, achtergrond) van invloed kunnen zijn op de effectiviteit van de zorgverlening, met behulp van theorieën en empirisch bewijs. De student kan verdedigen dat diversiteit in de zorgverlening nodig is om de patiëntuitkomsten te verbeteren en PCCD te versterken. Studenten kunnen verschillen analyseren in het bereiken van welzijn (en hun instrumentele doelen) tussen groepen mensen. Studenten kunnen (culturele en sociaaleconomische) verschillen tussen mensen vertalen in interventies om gezondheidsverschillen te verkleinen. Studenten begrijpen de smalle focus van de huidige zorgverlening (zoals het Chronic Care Model) en wat er nodig is om het algehele welzijn effectief te verbeteren. Culturele en kennis verbredende gezondheidsinterventies zijn belangrijk om PCCD te verbeteren. De context van patiënten beïnvloedt de kwaliteit van de zorg, PCC en de resultaten voor de patiënt Onderwerpen van de lezing van vandaag: Ongelijkheid op het gebied van onderwijs en sociaaleconomisch inkomen op het gebied van gezondheid Het belang van welzijn en zelfmanagementvaardigheden Hoe het verband tussen PCC en welzijn te beoordelen (en voorbeelden van interventies te geven) De vraag beantwoorden of de context van patiënten verband houdt met de kwaliteit van de zorg Increased life expectancy worldwide (WHO subregions) Levensverwachting stijgt zowel regionaal als wereldwijd. De levensverwachting is het meest gestegen in de minder ontwikkelde regio’s, vooral in Afrika. Gezondheidsongelijkheden zijn afgenomen tussen rijken en armen als we kijken naar verschillende landen. Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Life expectation and years spend in good health related to educational level in the Netherlands (source CBS Statline 2018) De levensverwachting binnen Nederland is ook toegenomen, ondanks SES verschillen, maar tussen verschillende groepen zit nog steeds veel verschil. Hoogopgeleide mannen leven bijna 7 jaar langer dan laagopgeleide mannen. Hoogopgeleide vrouwen, ruim 5 jaar langer dan laagopgeleide vrouwen. Hoger opgeleide mannen leven bijna 14 jaar langer in goede gezondheid dan goed opgeleide mannen. Bij vrouwen is dit verschil meer dan 15 jaar. Socio-economic health inequalities in Europe Ondanks dat de levensverwachting toeneemt en we ons best doen de ongelijkheden tegen te gaan, zijn de gezondheidsongelijkheden nog niet afgenomen. De relatieve verschillen worden zelfs groter. Lijfstijlrisico’s hebben hierin een belangrijke rol. Sociaaleconomische verschillen met name in roken, alcohol en toegang tot zorg. Uit een studie blijkt dat het vooral roken is. Percentage of smokers in the Netherlands decreased in recent years, but the education gap became larger (Source WRR 2018) Minder mensen roken, maar het aantal mensen dat rookt is gestabiliseerd bij de lager opgeleiden (zwart). Het gat tussen lager- en hoger opgeleiden die roken is groter geworden. The central question remains: What can be done about these socio-economic inequalities in health? Whitehead stelt het gebruik van programmatheorie voor om sociaaleconomische ongelijkheden in gezondheid te verminderen. Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Whitehead; The logic of health inequalities interventions. Iedere interventie die start met het herkennen van het probleem. Hierna moeten we nagaan waarom en hoe dat probleem tot stand is gekomen (oorzaak). We moeten eerst het probleem ontleden voor we een interventie bedenken. A typology of actions to reduce health inequalities (Whitehead) Categorie 1: versterking van individuen Versterken van individuen in achtergestelde omstandigheden en met behulp van persoonsgerichte strategieën. o Dergelijke interventies theoretiseren het probleem hoofdzakelijk in termen van de persoonlijke kenmerken van een individu, en de oplossing in termen van persoonlijke opvoeding en ontwikkeling om deze tekortkomingen te compenseren. Het onderliggende doel van interventies is de opvoeding van individuen. o Voorlichtingscampagnes over gezondheid, groepen voor levensvaardigheden, één-op-één counseling/ondersteuning. Categorie 2: versterking van gemeenschappen Interventies gericht op het versterken van gemeenschappen door het opbouwen van sociale cohesie en wederzijdse steun. De onderliggende oorzaak van de geconstateerde ongelijkheden in dit opzicht houdt verband met grotere sociale uitsluiting/isolement en machteloosheid in gemeenschappen die het moeilijk hebben. De maatregelen op dit niveau vallen uiteen in 2 groepen: o Horizontaal: snellere horizontale sociale interacties tussen leden van dezelfde gemeenschap. Door collectief te werken, kan men de omgeving op een kleine maar constructieve manier beïnvloeden om gezondere omstandigheden te creëren. o Verticaal: snellere verticale sociale interacties op een maatschappij brede basis. Deze zijn gericht op het creëren van verticale banden tussen verschillende groepen van de top tot de bodem van de sociale schaal, om inclusiviteit en volledige economische en politieke participatie op te bouwen. Categorie 3: verbetering van de leef- en werkomstandigheden Verbeteringen in de dagelijkse leef- en werkomstandigheden en de toegang tot diensten zijn belangrijk gebleken. o De toegang tot adequate huisvesting, sanitaire voorzieningen, onbelemmerde voedselvoorziening, veiligere werkplekken en betere toegang tot gezondheidszorg en sociale zorg verbeteren. Categorie 4: bevordering van gezond macrobeleid De oorzaken van ongelijkheden op gezondheidsgebied moeten worden gezocht in de overkoepelende macro-economische, culturele en milieuomstandigheden die in een land heersen. o Interventies gericht op het veranderen van de macro-economische of culturele omgeving om armoede en de bredere negatieve effecten van ongelijkheid op de samenleving te verminderen. o Omvatten over het algemeen verschillende sectoren en zijn gericht op de bevolking als geheel. o Beïnvloeding van ongelijkheid op gezondheidsgebied is zelden de enige, of zelfs maar de belangrijkste motivatie voor de interventie in deze categorie. Preventie Levensstijl en gezondheidsbevordering zijn essentieel om ziekten te voorkomen. Wat zijn effectieve interventies om ... gezond te eten ... voldoende te bewegen ... niet te roken ... sociale relaties te onderhouden Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Interventies zijn erg persoonsgericht, omdat het niet voor iedereen hetzelfde werkt (SES, opleiding, etc.) WHO-definitie van gezondheid Van gezondheid als een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en sociaal welbevinden en niet louter de afwezigheid van ziekte of gebrek (1948) Naar gezondheid als het vermogen tot aanpassing en zelfmanagement (2011) Verschuiving van welzijn naar zelfmanagement Zelfmanagement en welzijn Zelfmanagement houdt meer in dan alleen het omgaan met de eigen aandoening Zelfmanagement gaat om het beheer van iemands gezondheid en welzijn in een bredere zin o Mensen slagen er wel degelijk in verliezen te compenseren, zij zijn niet louter slachtoffers van omstandigheden. Zelfmanagement kan verlichten Goal hierarchy: Dimensions of well-being Nieboer & Lindenberg: Social Production Function Theory (SPF Theory) De Sociale Productiefunctie Theorie (SPF Theorie) stelt dat mensen hun eigen welzijn produceren door te trachten de verwezenlijking van universele doelen te optimaliseren binnen de beperkingen waarmee zij worden geconfronteerd. Door verschillende niveaus van doelen te onderscheiden en te beseffen dat doelen op lagere niveaus nodig zijn om doelen op hogere niveaus te bereiken, kunnen we de gevolgen van ziekte-functiebeperkingen voor het welzijn van mensen achterhalen en zo bepalen welk type zorg en ondersteuning nodig is. Lichamelijk en sociaal welzijn kunnen slechts in beperkte mate door elkaar worden vervangen. Omdat de behoeften verwijzen naar specifieke fysieke en sociale basisbehoeften die op zijn minst minimaal vervuld moeten zijn wil een individu een gevoel van welzijn ervaren. Substitutie vindt plaats op basis van de relatieve veroorzaakte van alternatieve doelen. Wanneer de mogelijkheden om status te realiseren graden, zal een individu affectie en gedragsbevestiging (b.v.: door intensivering van de sociale context). Het is een doelenhiërarchie: de behoeften staan bovenaan, en doelen en middelen lager in de hiërarchie, verwijzen naar de middelen en instrumenten waarmee de behoeften kunnen worden vervuld. Elke laag in de hiërarchie bevat meerdere middelen voor het realiseren van doelen op een hoger niveau, die op hun beurt weer meerdere middelen zijn voor doelen op een nog hoger niveau. Lagen van middelen (resources) -> universele instrumentele doelen -> algemene universele doelen (lichamelijken sociaal welzijn) -> algeheel subjectief welzijn. Physical well-being: Comfort: de afwezigheid van schadelijke prikkels (voedsel, geld, gezondheidszorg, veilige en comfortabele leefsituaties). Stimulation: activering die opwinding teweegbrengt, met inbegrip van geestelijke en zintuiglijke stimulering en lichamelijk comfort (lichamelijke en geestelijke activiteiten en hobby's). Social well-being: Status: relatief denken (bijzondere talenten, troeven, vaardigheden, kracht). Onderzoeken in jezelf door bij te dragen aan een meester. Behavioral confirmation: iemands overtuiging dat hij "het juiste" heeft gedaan in de ogen van relevante anderen (behoren tot sociale groepen, sociaal gewaardeerd gedrag). Het klagen bij sociale groepen om normen en … Affection: liefde, vriendschap en emotionele steun (partner, (klein-)kinderen, huisdieren). Van alle 5 universele instrumentele doelen wordt aangenomen dat zij afnemende marginale waarden hebben voor de productie van welzijn. Een belangrijk kenmerk van de SPF-theorie is dat doelen hiërarchisch worden Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 gestructureerd met behulp van productiefuncties. Substitutiemogelijkheden worden allereerst gezocht binnen middelen om een bepaald universeel instrumenteel doel te realiseren, en als deze substitutie niet mogelijk is, zoeken we het binnen mogelijkheden om te substitueren tussen universele instrumentele doelen. We moeten weten hoe mensen welzijn bereiken om erachter te komen welke interventies nodig zijn. Selfmanagement mogelijkheden gaat erom hoe je die middelen inzet. Conclusie: Het opbouwen van buffers tegen verlies van subjectief welzijn als een bepaald middel om wat voor reden dan ook onbereikbaar wordt. o Verschillen in marginale opbrengsten maken het waarschijnlijk dat mensen meer buffers bouwen voor affectie dan voor gedragsbevestiging en de minste buffers voor status. SPF Theorie opent mogelijkheden om de relatie van objectieve en subjectieve indicatoren van kwaliteit van leven diepgaander te onderzoeken. Substitutie tussen klassen van middelen, zoals het substitueren van een sterke nadruk op affectie voor het nastreven van status na pensionering. Substitutiemogelijkheden situeren zich in de eerste plaats binnen middelen om een bepaald universeel instrumenteel doel te realiseren, en, als deze substitutie niet mogelijk is, zoeken we ernaar binnen mogelijkheden om te substitueren tussen universele instrumentele doelen. Mensen zullen zoeken naar de meest effectieve manier om welzijn te produceren en zij zullen dus verschuiven tussen middelen op basis van relatieve kosten, net zoals zij zouden verschuiven tussen elk ander soort substitutiegoederen. Self-management abilities to enhance or maintain well-being (zelfmanagementvaardigheden om het welzijn te verbeteren of te handhaven) Hoe "beheren" mensen hun hulpbronnen om het fysieke en sociale welzijn te bevorderen of te beschermen? Taking initiative Self-efficacy beliefs: zonder vertrouwen in hun eigen kunnen, zullen mensen terughoudend zijn om actie te ondernemen Investment behavior: bij vrienden; je moet iets voor de ander doen/overhebben zonder iets meteen terug te verwachten. Positive frame of mind Multifunctionality: multifunctionele vriendschap draagt bij tot meerdere domeinen van welzijn. Een wandeling maken met een vriend draagt zowel bij tot stimulatie als tot genegenheid. Variety: meer dan één vriend te hebben. Het maakt mensen minder kwetsbaar voor verlies. Functioning, self-management abilities and well-being Als mensen hun levensactiviteiten kunnen volhouden, wordt hun welzijn niet zo erg aangetast. Anders hangt het af van hun vermogen om verliezen te compenseren en van hun vermogen tot zelfmanagement. Het welzijn van mensen wordt niet op dezelfde manier beïnvloed door ziekte of functionele beperkingen. Mensen met een laag niveau van sociaal, cognitief en fysiek functioneren, zijn slechtere zelfmanagers dan mensen met een hoger niveau van functioneren. Wij hebben ook de mediërende rol van zelfmanagementvaardigheden in de relatie tussen sociaal, cognitief en lichamelijk functioneren en welbevinden vastgesteld. Interventies om de zelfmanagementvaardigheden te verbeteren kunnen mensen helpen om beter om te gaan met functieverlies. Dergelijke interventies kunnen belangrijke hulpmiddelen zijn bij het voorkomen van verlies van zelfmanagementvaardigheden, omdat zij mensen kunnen motiveren die nog geen ernstige problemen ondervinden. “Aging well” as an example (Stevering, 2014) Het falen van de samenleving in het bieden van zinvolle mogelijkheden in werk, gezin en vrije tijd (Riley et al. 1994) Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 ... maken dat ouderen adequate zelfregulerende vaardigheden (zelfmanagementvaardigheden) nodig hebben als ze zich goed willen (blijven) voelen (Steverink 2014) Hoge niveaus van subjectief welbevinden verlagen significant het risico op sterfte en invaliditeit Maar wat zijn werkbare interventies om gezondheid en welbevinden te verbeteren? Menselijke behoeften zijn hetzelfde gedurende het hele leven, maar het relatieve gemak om aan behoeften te voldoen verandert Belangrijke hulpbronnen veranderen en nemen af: fysieke hulpbronnen (energie, gezondheid, mobiliteit etc.) en sociale hulpbronnen (sociaal netwerk, betaald werk, enz.) Hulpbronnen voor ‘status’ nemen het eerst en het snelst af, Daarna middelen voor ‘behavioral confirmation en ‘stimulation’, Hulpbronnen voor ‘affection’ en ‘comfort’ nemen als laatste en langzaamste af Hoe zit het met zelfmanagementondersteuning bij chronisch zieke patiënten? (Lieke van Houtum) Ze keek specifiek naar vier zelfmanagementtaken bij chronisch zieke patiënten. Medisch management, het doorvoeren van veranderingen in levensstijl, communicatie met zorgverleners en het omgaan met de gevolgen. Patiënten hadden de hoogste niveaus van waargenomen zelfmanagementtaken (vonden ze het meest belangrijk) op de domeinen medisch management en het aanbrengen van veranderingen in leefstijl. Terwijl de behoefte aan ondersteuning op deze domeinen het laagst is (vergeleken met communicatie met zorgverleners, omgaan met de gevolgen). Het type ziekte heeft een klein effect op zelfmanagementtaken en een nog kleiner effect op de behoefte aan ondersteuning. Hoewel zelfmanagementtaken deels ziekte specifiek kunnen zijn, hoeft zelfmanagementondersteuning niet per se ziekte specifiek te zijn (Van Houtum, 2015). Does course of illness influence self-management support needs over time? Slechtere gezondheid zorgt voor betere zelfmanagement over de tijd heen. Dit betekent dat patiënten, wanneer hun gezondheid verslechterd, nog steeds hulp willen om de mogelijkheden tot zelfmanagement te vergroten. Perceived quality of care is associated with better self-management (Lieke van Houtum) Chronisch zieke patiënten die zorg van hoge kwaliteit ervaren - gericht op activering van de patiënt, ondersteuning bij het nemen van beslissingen, het stellen van doelen, het oplossen van problemen en coördinatie van de zorg - zijn betere zelfmanagers. Patiënten die contact hebben gehad met een praktijkverpleegkundige of gespecialiseerde verpleegkundige ervaren de QoC als beter dan patiënten die alleen contact hebben gehad met een huisarts of medisch specialist Maar ook al wordt het hebben van een verpleegkundige die betrokken is bij hun zorg positief gewaardeerd, het impliceert niet automatisch een beter zelfmanagement (Van Houtum, 2015) Understanding how people realize well-being is important for PCCD Patiënten vinden vaak dat hun wensen niet worden gerespecteerd, dat er te weinig mogelijkheden zijn om familie en vrienden bij de behandeling te betrekken en dat zij onvoldoende inzicht hebben in de risico's van specifieke medische procedures of ingrepen. Zelfmanagement en PCC is niet succesvol voor alle groepen patiënten (laagopgeleide groepen en migranten). Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Social Production Function Theory (SPF Theory) specificeert wat mensen willen realiseren, maar het specificeert geen doelen hoe dit gedaan worden en hoe dit vervuld wordt. Het is niet alleen belangrijk om te begrijpen wat mensen willen, sociaal- en lichamelijk welzijn, maar ook hoe ze het produceren. Production well-being needs (productie welzijnsbehoeften) Control; het maakt het gemakkelijker welzijn te produceren en de sociale productiefuncties te construeren die iemand wenst. Dit reduceert stress en zorgt ervoor dat welzijn makkelijk wordt volbracht. Efficiency; multifunctionele activiteiten zijn hierbij belangrijk om efficiëntie te bereiken (sport, seks). Dit zorgt namelijk meteen voor sociaal als fysieke welzijn. Loss frame; een positieve blik helpt alternatieve zien en kan compenseren voor verlies. PCC interventions known to be effective for health literacy patients PCC-interventies moet ook toegankelijk zijn voor kwetsbare groepen. PCC dimension Information and education Beoordeel wat patiënten al weten ("Wat weet u al over...?") Communiceer zo duidelijk mogelijk (bv. langzamer, gebruik gewone taal, vermijd jargon, probeer aan te sluiten bij de woordenschat van de patiënt, beperk het aantal punten tot ≤ 3, korte zinnen) Bevestiging van begrip (leer terug, vraag patiënten om terug te zeggen of te demonstreren wat net geleerd is ("Ik heb net een heleboel dingen gezegd. Om er zeker van te zijn dat ik het goed gedaan heb en de dingen duidelijk uitgelegd heb, kunt u het me beschrijven....?") Speciaal materiaal voor gezondheidsvoorlichting (groot lettertype, tekst op 5e-klasniveau, foto's, duidelijke kopjes en lay-out, gebruik van concrete instructies) PCC dimension family and friends Maak gebruik van het ondersteunende netwerk/familie van de patiënt bij voorkeur een persoon met een hoge gezondheidsvaardigheid PCC dimension access to care Maak de bewegwijzering duidelijk Maak het telefonisch triage systeem gemakkelijk te navigeren PCC dimension patient preferences Pas het doseringsschema aan aan de dagelijkse routine van de patiënt Vereenvoudig regimes zoveel mogelijk PCC dimension coordination of care Inzet van lekenvoorlichters/navigators Multidisciplinaire voorlichting over ziektebeheer, gevolgd door een telefoontje terug (plan geautomatiseerde telefoongesprekken) Relationship between patient characteristics and quality of care Leeftijdskwesties (behoefte aan leeftijdsgevoelige zorg): jongere mensen rapporteerden betere kwaliteit van zorg Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Education is van belang (onderwijsgevoelige zorg): opgeleide mensen zijn beter in zelfmanagement, Culturele achtergrond (cultuurgevoelige zorg) Geslacht speelt een rol (gendersensitieve zorg) Behoefte aan verschillende benaderingen op basis van patiëntkenmerken (en/of middelen) (Seelemann) Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 College 6 De wereld staat voor grote demografische en economische uitdagingen die aanzienlijke gevolgen zullen hebben indien zij niet adequaat worden aangepakt. Een oriëntatie op het stimuleren van verouderingsbeleid en praktijken voor fysieke en sociale activiteiten is noodzakelijk. Er is echter weinig theoretisch of empirisch bekend over de rol van gemeenschappen bij het bevorderen van gezondheidsgedrag en welzijn onder mensen, met name om actief en gezond ouder worden van in de gemeenschap wonende ouderen te stimuleren. Tijdens dit thema zullen we dieper ingaan op de rol van buurten en gemeenschappen bij het bevorderen van het welzijn van haar bewoners. De belangrijkste theorieën en conceptuele modellen zullen worden besproken, evenals innovatieve modellen om mensen in de gemeenschap te ondersteunen via netwerken van gezondheidsen sociale zorgverlening, wijkverpleegkundigen, en samenwerking met informele buurtnetwerken. Doelen voor thema 6 De leerlingen kunnen de rol van buurten/gemeenschappen op gezondheid(sgedrag) en welzijn uitleggen Studenten kunnen verschillende complexe modellen/kaders toepassen die de rol van gemeenschappen bij het verbeteren van gezondheid(gedrag) en welzijn incorporeren De student kan de tekortkomingen van traditionele (modellen van) zorgverlening (zoals het Chronic Care Model) verklaren Studenten zijn in staat te reflecteren op de componenten van deze modellen/frameworks en deze te vertalen naar de praktijk Studenten kunnen de rol van gemeenschappen in verschillende settings analyseren The role of the community in promoting PCCD Part A: Introduction to the importance of neighborhoods or communities Stijgend aantal ouderen en patiënten met chronische aandoeningen. Veel mensen ontvangen geen passende zorg. De huidige gezondheidszorgsystemen zijn meestal gefragmenteerd en reactief. We zullen ons richten op de vraag hoe we gezondheidszorgsystemen kunnen bouwen die aansluiten op de behoeften en complexe behoeften van chronisch zieken en ouderen. Context • Vergrijzing van de bevolking: sinds 1980 is het aantal ouderen verdubbeld, dus de wereldbevolking vergrijst. Precies deze vergrijzing van de bevolking zal naar verwachting een van de belangrijkste sociale transformaties van de 21e eeuw worden. In 2018 waren er voor het eerst in de geschiedenis meer mensen van 65 jaar of ouder dan kinderen onder de 5 jaar. • Toename van chronische ziekten waardoor meervoudige complexe behoeften toenemen • Nederland: 2.000.000 kampen met een chronische ziekte, 1/3 van hen kampt met meer dan 1 chronische ziekte (multimorbiditeit). Deze ouderen hebben ook meer complexe behoeften. Om het nog uitdagender te maken, moeten we ons zorgstelsel ook financieel gezond houden. • (Dus moeten we) de kosten voor gezondheidszorg en sociale zorg beperken Percentage of population aged ≥ 65, 2010 Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Percentage of population aged ≥ 65, 2020 Percentage of population aged ≥ 65, 2050 - Het wereldwijde aantal personen van meer dan 65 jaar zal tegen 2050 naar verwachting meer dan verdubbelen tot meer dan 1,5 miljard personen. 9% in 2020 tot 16% in 2050. Aging in place • Beleid van "Aging in place" (ouderen blijven in de gemeenschap wonen in plaats van in een woonzorgcentrum) • Gedreven door financiële vereisten (om de kosten van de gezondheidszorg te beperken) • Voorkeuren van ouderen zelf • 63% "wil koste wat kost thuis blijven wonen • 26% "wil alleen naar bejaarden-/verzorgingshuis als het niet anders kan • In 1996 leefde 63% zelfstandig thuis en in 2011 nog 78%. Om deze ouderen in staat te stellen 'age in place' te worden, is het van belang om binnenhuisinfecties op te doen die bijdragen aan een ondersteunende omgeving. • Ouderen worden ook geconfronteerd met beperkingen en kleinere sociale netwerken, wat hen afhankelijker maakt van de gemeenschap en hun buren. Shortcomings Chronic Care Model Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Niet voldoende gericht op strategieën die nodig zijn om de gezondheid te bevorderen en ziekten en handicaps te voorkomen Vooral gericht op klinisch georiënteerde systemen en resultaten. Het beoogt de gemeenschap en de sectorale samenwerking te omvatten. Moeilijk te gebruiken door mensen die werkzaam zijn op het gebied van preventie en gezondheidsbevordering Omvat niet de complexiteit en het samenspel van sociale, culturele en economische factoren die van invloed zijn op de gezondheid. Het levensstijlgedrag van mensen wordt niet alleen beïnvloed door individuele keuzes, maar ook door sociale, economische en culturele factoren in de omgeving waarin mensen leven en werken. Het vermogen van gemeenschappen om deze omstandigheden aan te pakken. In de loop der jaren is het steeds belangrijker geworden om de bredere bevolking te betrekken bij het gezondheidsbevorderingsperspectief binnen de gezondheidszorg. Dit is in overeenstemming met een verschuiving van zorg die gericht is op ziekte en invaliditeit naar meer gemeenschapsgerichte diensten die zich richten op de preventie van ziekte en invaliditeit. Het huidige CCM biedt een nauw perspectief op de rol van de gemeenschap en de ondersteuning van gezondheid en welzijn. Models Rekening houden met de context van de gemeenschap bij het streven naar een gezonde en actieve bevolking Models/frameworks o Expanded Chronic Care Model (Video part B) o Innovative Care for Chronic Conditions framework (Video part C) o World Health Organization age-friendly cities framework (Video part D) Part B: Expanded Chronic Care Model Expanded Chronic Care Model In plaats van zich alleen te richten op het verminderen van de gevolgen voor degenen die al een ziekte hebben, verbreedt dit nieuwe model de focus om te werken aan gezondheidsresultaten voor alle individuen, gemeenschappen en bevolkingsgroepen. En om dat te doen, is het gemeenschapsaspect van het model voornamelijk uitgebreid. Het richt zich nu beter op alle determinanten van gezondheid en welzijn. Ten eerste, kan je de onderbroken grens opmerken tussen de gemeenschap en het gezondheidssysteem. Deze grens vertegenwoordigt de ideeën, middelen en mensen tussen de gemeenschap en het gezondheidssysteem. We kunnen dus zeggen dat het gezondheidssysteem een deel is van de grotere gemeenschap. Een tweede gebied van verandering is de plaatsing van de 4 aandachtsgebieden: zelfmanagement ondersteuning, delivery system design, decision support en information system. De 4 aandachtsvelden bevinden zich nu tussen de grens van het gezondheidssysteem en de gemeenschap. Activiteiten op deze gebieden hebben gevolgen voor beide. Er zijn nieuwe aandachtsgebieden toegevoegd in de gemeenschapsdimensie. Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Self-management/Develop personal skills • Ondersteuning van zelfmanagement bij het omgaan met ziekte • Ook het ontwikkelen van vaardigheden voor gezondheid en welzijn. Dit omvat zowel strategieën in de gemeenschappen als in het gezondheidszorgsysteem. • Deze programma's hebben vaak een beperkte impact op het gezondheidsgedrag zelf. • Gezonde school: dit programma is gericht op de preventie van roken, alcohol en drugs op de basisschool. • Bv: verstrekken van informatie of verbeteren van levensvaardigheden • Strategieën in gezondheidssysteem en gemeenschap Het houdt rekening met de bredere context van gezondheidsbevordering Delivery system design/ Re-orient health services • Holistische manier van steunverlening aan individuen en gemeenschappen • Verbanden tussen gezondheid en bredere sociale, politieke, economische en fysieke omgevingsomstandigheden • De gezondheidszorgsector is belangrijk, maar de activiteiten moeten niet alleen op de gezondheidszorgsector zelf gericht zijn. De dienstverlening moet ook betrekking hebben op bijvoorbeeld burgerorganisaties of non-profitorganisaties. Decision support • Beslissingsondersteuning niet alleen in verband met ziekte en behandeling • Ook bewijsmateriaal over strategieën voor welzijn en gezond leven • In het CCM lag de nadruk op het opleiden van gezondheidsprofessionals. In de uitgebreide CCM kunnen ook gezondheidswerkers of gezondheidsbevorderaars worden opgeleid. De uitgebreide CCM is nog steeds gebaseerd op gezondheidszorg gerelateerde besluiten, maar benadrukt ook het belang van richtsnoeren voor gezondheidsbevordering en preventie. (Bv: richtlijn voor eten voor kinderen om gezond te eten, schijf van 5). • Op de gemeenschap gebaseerde beste praktijken Information systems • Gemeenschapsgegevens buiten het gezondheidszorgsysteem een bredere basis hebben dan het CCM • Ondersteunende informatie over demografische gegevens, gezondheid van de bevolking en trends (cultureel, sociaal, economisch) • Bijvoorbeeld gemeenten Voornamelijk uitgebreid in het nieuwe CCM: Build healthy public policy • Beleid en wetgeving gericht op het verbeteren van de volksgezondheid • Veilige en gezondere goederen, diensten en omgevingen • Het doel is om de gezondere keuze, de gemakkelijkere keuze te maken. U kunt bijvoorbeeld denken aan voedingsbeleid voor gezonde voeding. Het verlagen van de prijs van fruit, of het verminderen van zout in producten Create supportive environments • Realiseren van leef- en werkomstandigheden die veilig, stimulerend, bevredigend en plezierig zijn • Bv: inspanningen om alle personen zo lang mogelijk in hun huis te houden. Dit vereist aanpassing van woningen, voldoende mogelijkheden voor sociale interactie in hun buurt. Strengthen community action • Empowerment van gemeenschappen: gemeenschappen in staat stellen hun eigen agent voor verandering te worden. • Samenwerken met gemeenschapsgroepen om prioriteiten te stellen en doelen te bereiken die een positief effect hebben op de gezondheid van de gemeenschap. Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Samenwerken met gemeenschappen om de gezondheid van de gemeenschap en een gezonde omgeving te bevorderen. Outcomes • Productieve interacties en relaties tussen leden van de gemeenschap/groepen, beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg, en organisaties. • Het concept van productieve interactie tussen gezondheidswerkers en patiënt blijft behouden, maar wordt ook versterkt. • Functionele en klinische uitkomsten, alsmede uitkomsten voor de volksgezondheid. • We kunnen concluderen dat de uitgebreide versie, als vervolg op het oorspronkelijke CCM, ook bredere concepten en strategieën integreert vanuit het perspectief van preventie en bevordering van de volksgezondheid. Part C: ICCC framework (Innovative Care for Chronic Conditions) Chronic conditions from a global perspective Met dit kader wordt getracht lacunes in het CCM aan te vullen, zodat het kan worden toegepast in een bredere internationale context Chronische aandoeningen nemen wereldwijd toe De toename vindt plaats in elk land. Ongeacht het inkomensniveau. De last van chronische ziekten neemt echter vooral toe in lage-inkomenslanden en middeninkomenslanden. Communicable: tuberculosis, hepatitis Noncommunicable: disease: cancer, diabetes Developing countries are struggling to manage a double burden. Innovatieve zorg voor chronische aandoeningen Eerstelijnszorg gericht op acute problemen en dringende behoeften in ontwikkelingslanden Wanneer gezondheidsproblemen chronisch zijn, werkt het praktijkmodel van de acute zorg niet. Oplossingen zijn nodig om de zorgvraag van chronische aandoeningen aan te pakken in landen/plaatsen met een beperkte of onder druk staande infrastructuur voor eerstelijnszorg, zoals in veel ontwikkelingslanden Innovatief zorgkader voor chronische aandoeningen (ICCC) Aanpassing van het CCM vanuit een wereldwijd perspectief Wat zijn de huidige problemen? Micro-niveau: Problemen met de interactie met de patiënt o Patiënten worden niet in staat gesteld de gezondheidsresultaten te verbeteren o Gebrek aan nadruk op interacties met hun zorgverleners Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Mesoniveau: Problemen met de organisatie van de gezondheidszorg en de banden met de gemeenschap o Het falen om de zorg voor chronische aandoeningen te organiseren, aangezien de gezondheidszorgsystemen vooral gericht zijn op de acute problemen. o Ook is de zorg niet systematisch gebaseerd op wetenschappelijk bewijs. Medicijnen, apparatuur, enz. die echt nodig zijn om richtlijnen te volgen, zijn niet altijd evalueerbaar. Macro-niveau: Beleidsproblemen o Beleid en regelgeving zijn niet bevorderlijk voor chronische zorgverlening. Zonder veranderingen op al deze niveaus zullen de gezondheidszorgsystemen inefficiënt en ondoeltreffend blijven, terwijl ook de prevalentie van chronische aandoeningen toeneemt. Dit CCM is aangepast vanuit een meer mondiaal perspectief. Het ICCC-kader past beter bij de context van de ontwikkeling van gezondheidsbeleid in lage- en midden-inkomenslanden. In dit kader is er een prominentere rol voor de bredere beleidsomgeving. In het bovenste deel van het kader. De rol van de gemeenschap wordt versterkt. Er wordt nadruk gelegd op integratie en coördinatie, dit worden gezien als kernbeginselen van het kader. Dit geeft aan dat de beleidsomgeving op macroniveau goed moet worden afgestemd met de gemeenschap en de zorgorganisatie op mesoniveau. Deze interne coördinatie moet bijdragen tot productieve ontmoetingen tussen zorgteams, patiënten, families en partners in de gemeenschap op microniveau. Het ICCCkader biedt dus een alomvattende basis voor het herontwerpen van gezondheidszorgstelsels en het rekening houden met de lokale middelen en behoeften in settings met weinig middelen. Laten we niet alleen kijken naar de verschillende elementen, maar ook de aanpassingen vergelijken met het oorspronkelijke CCM. The micro level • Interactieniveau met de patiënt • Patiënten en families die samenwerken met partners in de gemeenschap en gezondheidszorgteams (triade) • (Elk lid in dit partnerschap moet geïnformeerd, gemotiveerd en voorbereid zijn) • CCM: geïnformeerd en geactiveerd • Dit partnerschap wordt beïnvloed door de grotere organisatie en de bredere gemeenschap, die weer worden beïnvloed door de bredere beleidsomgeving. The meso level • Elementen van de organisatie van de gezondheidszorg opnieuw geformuleerd (om de context van minder ontwikkelde gezondheidszorg te weerspiegelen) • De gemeenschap wordt sterk benadrukt • Gemeenschapsdiensten moeten de georganiseerde gezondheidszorg aanvullen The macro level • Positief beleidsklimaat ter ondersteuning van de zorg voor chronische aandoeningen Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Er moet een positieve beleidsomgeving zijn om chronische aandoeningen optimaal te kunnen beheren. Dit omvat strategieën die beleidsmakers en leiders in de gezondheidszorg bewust maken van de problematiek. Om versnippering te minimaliseren is geïntegreerd beleid nodig. Leiderschap, beleidsintegratie, financiering, toewijzing van personele middelen, wetgeving (wetgeving) en partnerschappen • Ondersteunende wet- en regelgeving kan ook de last van chronische aandoeningen verminderen • Veranderingen op micro-, meso- en macroniveau zijn nodig om de zorg voor chronische aandoeningen te verbeteren, vooral in een omgeving met weinig middelen. • • Evidence • Innovatieve benaderingen en strategieën voor het beheer van chronische aandoeningen kunnen met succes: - De resultaten van ziekten verbeteren - Geld en middelen voor gezondheidszorg besparen - De levensstijl en zelfmanagementvaardigheden van patiënten veranderen - Het functioneren, de productiviteit en de kwaliteit van leven verbeteren - De processen van de zorg verbeteren • Evaluatie van de elementen van het ICCC-kader; uitgebreide toetsing van het volledige kader (d.w.z. beleid, organisatie/gemeenschap, en patiëntniveau) is noodzakelijk Evaluation ICCC for long-term physical and mental conditions • Overzicht van toepassing en doeltreffendheid ICCC in lage-inkomenslanden en middeninkomenslanden • Geïntegreerde zorgprogramma's in verschillende landen (bv. Nepal, Pakistan) • Sociale interventies, screening op psychische aandoeningen, herontwerp van gezondheidszorgsystemen, opleiding van beroepskrachten, enz. • Belemmeringen voor de implementatie van chronische zorg op verschillende niveaus van de ICCC • Slechte coördinatie tussen verschillende sectoren • Gebrek aan leiderschap • Ongeschikte afstemming van beleid • Verschillende financieringsstromen • Micro: veel programma's missen specifieke besluitvormingsinstrumenten • Conclusie: er is nog onvoldoende bewijs voor doeltreffende geïntegreerde interventies op het gebied van geestelijke gezondheid en lichamelijke gezondheid in settingen. Part D: WHO framework age-friendly cities Aging and urbanization • Meer dan de helft van de wereldbevolking woont in steden • In 2050 zal 3/5 van de wereldbevolking in steden wonen Age-friendly environments • WHO: Betrek steden om leeftijdsvriendelijker te worden "In een leeftijdsvriendelijke gemeenschap zijn beleid, diensten en structuren met betrekking tot de fysieke en sociale omgeving ontworpen om ouderen te ondersteunen en in staat te stellen " actief ouder te worden" - dat wil zeggen, in veiligheid te leven, van een goede gezondheid te genieten en volledig te blijven deelnemen aan de samenleving" (WHO, 2007) Active aging "Actief ouder worden is het proces van het optimaliseren van de mogelijkheden voor gezondheid, participatie en veiligheid om de levenskwaliteit te verbeteren naarmate mensen ouder worden" (WHO). De WHO heeft verschillende beginselen vastgesteld die aan het concept van actief ouder worden ten grondslag liggen: Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 • • • • • Erkennen van capaciteiten & hulpbronnen bij ouderen Flexibel anticiperen op verouderingsgerelateerde behoeften en voorkeuren. De buurt moet anticiperen op deze variërende behoeften. Respecteer hun beslissingen en keuzes in levensstijl Bescherm de meest kwetsbaren Bevorder hun inclusie en bijdrage aan alle gebieden van de gemeenschap What do people want in their neighborhood? Few examples of needs: Development of the WHO framework Acht onderling samenhangende domeinen Om specifieke aspecten van een leeftijdsvriendelijke gemeenschap vast te stellen, nam de WHO het initiatief tot focusgroepinterviews. Er werden meer dan 250 focusgroepen gehouden. Sommige dimensies zijn meer gericht op fysieke aspecten (buitenruimte en gebouw), terwijl andere meer verwijzen naar sociale aspecten (sociale activiteiten). En de laatste dimensie richt zich op gezondheids- en ondersteuningsdiensten in de buurt (afstand tot winkels) WHO framework Buitenruimten en gebouwen: hebben een grote invloed op de mobiliteit en onafhankelijkheid van ouderen. - Bv: Een schone stad Vervoer: van essentieel belang om ervoor te zorgen dat ouderen actief ouder kunnen worden en betrokken blijven bij hun gemeenschap. Dit vergroot de toegang tot gezondheids- en sociale activiteiten. Huisvesting: gekoppeld aan levenskwaliteit. Maatschappelijke participatie: dit bevordert de integratie binnen de gemeenschap en helpt u ook betrokken en geïnformeerd te blijven. - Bv: Generatie-activiteiten: kinderen dagen opvang die naar een seniorencentrum gaan om samen activiteiten te doen. Respect en sociale integratie: inclusieve samenleving en moedigt andere mensen aan deel te laten nemen aan het sociale en economische leven. Burgerparticipatie en werkgelegenheid: ouderen dragen bij aan hun gemeenschap nadat ze met pensioen zijn gegaan. Communicatie en informatie Gemeenschapsondersteuning en gezondheidsdiensten: een passend aanbod van zorgdiensten die dicht bij de woonplaats zijn gevestigd Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl) lOMoARcPSD|3912188 Age-friendly communities Geïntegreerde benaderingen en interdisciplinaire samenwerking zijn noodzakelijk (gericht op hoe mensen leven) Het is belangrijk dat acties op verschillende gebieden worden gecoördineerd. Elk domein van het model moet niet afzonderlijk worden behandeld. We hebben echt een collectieve aanpak en een interdisciplinaire samenwerking nodig om de leeftijdsvriendelijke gemeenschappen te vergroten. Bringing it into practice in New York City - Deze video laat zien hoe zij proberen te investeren in leeftijdsvriendelijke buurten in NYC Werkt aan het aanpassen van structuren, diensten en systemen binnen deze 8 domeinen van een leeftijdsvriendelijke gemeenschap en streeft naar het verbeteren van de kwaliteit van leven van ouderen in NY. Age-friendly initiatives around the world - Hoofdzakelijk in landen met een hoog inkomen. Het doel van dit netwerk is de leden te ondersteunen bij het leeftijdsvriendelijker worden. En dit doen zij bijvoorbeeld door het uitwisselen van informatie of ervaringen. Senior-friendly The Hague 2020-2022 - In 2014 was Den Haag de eerste stad in Nederland die zich aansloot bij het netwerk van leeftijdsvriendelijk. Zij voerden een onderzoek uit naar hoe ouderen hun buurt ervaren. Het doel van dit project is om iedere oudere in Den Haag te laten participeren binnen de gemeenschap. Dit doen zij door verschillende initiatieven waaronder oplossingen om eenzaamheid terug te dringen. Dementia-friendly neighborhoods - Een stad of dorp waar mensen met dementie worden begrepen, gerespecteerd en ondersteund. Mensen met dementie moeten zich veilig voelen, toegang hebben tot plaatselijke voorzieningen en gesteund worden in het sociale netwerk. Technology • Toenemende rol van technologie in leeftijdsvriendelijke gemeenschappen (Marston & van Hoof, 2019; van Hoof et al., 2021) Age-friendly communities’ matter for older people • Beperkt onderzoek naar wat een 'goede praktijk' is • Veel steden zijn bezig om leeftijdsvriendelijk te worden; dit gaat gepaard met vragen over de impact van dergelijke inspanningen op gezondheid, onafhankelijkheid en welzijn van ouderen (van Hoof et al., 2019) • Leeftijdsvriendelijke gemeenschappen zijn belangrijk voor het welzijn van ouderen (bijv. Flores et al., 2019; Gibney et al., 2019; Nieboer & Cramm, 2018) Concluderend kan worden gesteld dat de uitdagingen waarmee we tegenwoordig worden geconfronteerd, het belang benadrukken van het opnemen van de gemeenschap en de naburige context in de PCC-levering. Het oorspronkelijke CCM is vooral klinisch georiënteerd en heeft een te beperkte focus op het belang van de gemeenschapsaspecten. Het omvat ook onvoldoende preventie en gezondheidsbevordering. Drie modellen van kaders die rekening houden met deze gemeenschapscontext: 1. Uitgebreide CCM: gebaseerd op het oorspronkelijke CCM en gericht op de integratie van populatie gezondheidsbevordering, bredere sociale determinanten van gezondheid en gemeenschapscontext. 2. ICCC framework: een aangepaste versie van het CCM vanuit een meer globaal perspectief waarin uitdagingen van resource poor settings beter zijn geïntegreerd. 3. WHO-kader voor leeftijdsvriendelijke steden: 8 domeinen van leeftijdsvriendelijke gemeenschappen die actief ouder worden in de gemeenschap vergemakkelijken. Gedownload door Abdel Tahtah (0952245@hr.nl)