Uploaded by f_janssen

Midtermopdracht Filosofie deel 1

advertisement
Midtermopdracht Filosofie, wetenschap & vrije markt
Door Finn Janssen SNR: 2063452
1. Wat houdt de confirmation bias in?
Onder dit kopje zal ik een uitleg geven van wat de confirmation bias inhoudt. De
confirmation bias houdt in dat mensen bij het hebben van een bepaalde mening over
bijvoorbeeld een stelling geneigd zijn om op zoek te gaan naar informatie die past bij hun
mening over het onderwerp. Mensen raken dan veelal onbewust blind voor informatie die
niet bij hun mening past, ongeacht hoe betrouwbaar of overtuigend die informatie is.
Mensen zijn dus op zoek naar bevestiging van hun eigen mening. Deze bias heeft dus tot
gevolg dat mensen niet met een neutrale blik op zoek gaan naar informatie. De behoefte van
de mens om gelijk te hebben is hier (on)bewust groter dan de behoefte om daadwerkelijk
een accurater beeld van de discussie te vormen.
2. Een voorbeeld van stereotypering.
Een goed voorbeeld van stereotypering is het beeld dat veel mensen van joden hebben.
Joden hebben over het algemeen te maken met veel stereotyperingen. Een daarvan is het
stereotype dat joden geobsedeerd zijn door geld en dat ze sluwe zakenmannen zijn. Joden
als volk zijnde hebben door de geschiedenis meer succes gehad met geldzaken dan andere
volkeren. De oorzaak hiervan lag onder anderen bij het feit dat joden in de middeleeuwen
veel werden uitgesloten van economische activiteiten. Hierdoor was de handel voor hun een
van de enige manieren om geld te verdienen. Ook hedendaags zijn joden als religieuze
groep het rijkst van alle religieuze groepen. Dit wil echter niet zeggen dat elke jood bij
voorbaat een geldwellusteling is of succesvol zou zijn in het zakenleven.
3. Een voorbeeld van de confirmation bias.
Een goed maatschappelijk voorbeeld dat hedendaags te vinden is, is de populariteit van
complottheorieën. Sinds het coronavirus is het aantal mensen dat een of meerdere
complottheorieën aanhangt toegenomen. Maar waarom speelt de confirmation bias een
grote rol hierin? Als er zich op maatschappelijk vlak veel moeilijkheden voordoen leidt dit tot
onvrede bij veel burgers. Vanuit deze onvrede kan bij mensen een bepaald vermoeden of
een bepaalde mening ontstaan dat ze voorgelogen en/of benadeeld worden. Een persoon
die zo een bepaald vermoeden heeft zal niet op zoek gaan naar informatie die compleet in
strijd is met zijn vermoeden, want tegen deze informatie heeft diegene bij voorbaat al een
afkeur. Zo zal dit persoon alleen op zoek gaan naar informatie die in lijn is met zijn
vermoeden/mening en zal deze persoon onterecht blind worden voor alle andere informatie
die verkrijgbaar is. Veel aanhangers van complottheorieën over bijvoorbeeld het
coronavirus raken dus blind voor heel veel betrouwbare informatie over het coronavirus
en komen uit op allerlei samenzweringstheorieën die vrijwel nooit uit een betrouwbare
hoek komen. Thierry Baudet is iemand die veel bekendheid heeft onder aanhangers van
complottheorieën over het coronavirus. Veel van deze aanhangers verwijzen dus ook naar
argumenten van Thierry Baudet zonder oog te hebben voor argumenten van andere politici.
4. Wat is Popper’s demarcatiecriterium?
Het demarcatiecriterium van Karl Popper is een criterium die bepaalt wanneer een bepaalde
theorie tot de wetenschap kan worden gerekend. Het criterium beschermt tegen de
confirmation bias. In de tijd van Karl Popper was het gangbare criterium binnen de
wetenschap dat een theorie tot de wetenschap zou worden gerekend als de theorie
aangetoond zou kunnen worden. Propper vond dit criterium te zwak, want volgens Propper
is een theorie nooit met 100% zekerheid te verifiëren. Hij bedacht hierop een nieuw
criterium. Dit criterium stelde dat een theorie tot de wetenschap kan worden gerekend als
de theorie te falsificeren valt. Dit betekent dat er bij het testen van een theorie een situatie
moet worden kunnen geformuleerd waaruit kan blijken dat de theorie niet klopt. Zolang aan
dit criterium kan worden voldaan zou een theorie volgens Propper tot een
wetenschappelijke theorie kunnen worden gerekend. De theorie dat god bestaat is dus geen
wetenschappelijke theorie, want het is onmogelijk om aan te tonen dat god niet bestaat.
God wordt namelijk gezien als een niet-waarneembaar wezen. De hypothetische theorie dat
elk persoon op de Universiteit van Tilburg twee handen heeft zou wel aan het criterium
voldoen, want er is namelijk een situatie te formuleren waarin eén of meer mensen op de
Universiteit geen twee handen hebben en de theorie dus verworpen moet worden.
Download